Zullen ze het nog weten? Of een betere vraag: zal het de Nederlandse kinderen ooit verteld zijn dat hun flanellen pyjama en ondergoed met de hand gemaakt waren door Surinaamse vrouwen die vlak na de Tweede Wereldoorlog iets goeds wilden doen voor de zo zwaar getroffen landgenoten in het moederland?
Cynthia McCleod (1936), de onovertroffen Surinaamse informatie-goudmijn, weet het antwoord eigenlijk wel op de door haarzelf gestelde vraag. Als scholier die werkte in schoolschriften met een oranje kaft en foto’s van leden van het koninklijk huis, wist zij alles van Nederland, maar zij kwam erachter dat men in Nederland vrijwel niets wist van Suriname. Nederlands-Indië was een parel aan de Oranje-kroon, waar vol lof en bewondering over werd gesproken, maar die kolonie in het Caribisch gebied was voor de meeste Nederlanders niet meer dan een apenland, of in de woorden van minister Stef Blok in 2018, een failed state.
We komen Cynthia McCleod op het grote filmdoek tegen in de voorstelling Meer dan bauxiet van Emma Lesuis, die het nog geen volwaardige voorstelling wil noemen, maar een vooronderzoek of een open toonmoment. Deels zittend achter haar laptop vult ze heel levendig de gaten in de kennis van de bezoekers, die vaak ophoudt bij het bekende verhaal dat Amerikanen het belangrijke Surinaamse bauxiet tijdens de oorlog gebruikten voor de vliegtuigbouw. Vliegveld Zanderij en de verharde weg naar Paramaribo worden nog steeds als een cadeau van de Tweede Wereldoorlog beschouwd. Onder de beelden van dansende Surinamers zegt een van de door Lesuis geïnterviewden over die Amerikaanse aanwezigheid: ‘Er lag een laagje Amerikaanse Colgate over de stad. Suriname ontwaakte. Op het saaie feestje kwam een onverwachte gast die de boel opschudde.’
Iedereen die wel eens in Suriname is geweest heeft het in twee stukken gebroken wrak van het Duitse schip de Goslar in de Surinamerivier bij Paramaribo gezien. De Duitse bemanningsleden lieten het schip zinken toen de Nederlanders hen op 10 mei wilden aanhouden. Het was te duur om het wrak weg te halen en is nu een bizar ‘oorlogsmonument’.
Minder bekend is dat veel Surinamers hebben meegevochten in Europa en Nederlands-Indië, dat er onder de Surinaamse bevolking geld werd ingezameld voor de aanschaf van een Spitfire gevechtsvliegtuig, en dat gouverneur Kielstra alle Duitsers in Suriname liet opsluiten, maar zich ook allerminst gastvrij toonde toen een groep Joodse vluchtelingen in Suriname aankwam.
Terwijl Lesuis vertelt worden historische en hedendaagse beelden van Suriname vertoond, zorgt Rory Ronde op gitaar voor een stemmige soundtrack en krijgt ook een neef van Lesuis het podium om de ‘Last Post’ op zijn trompet te spelen. Lusuis heeft nog vele afspraken staan, dus haar onderzoek is nog lang niet afgerond. Ze hoopt van het verzamelde materiaal in een later stadium een echte voorstelling te maken, maar het kan ook een documentaire of een tentoonstelling worden, want met het waardevolle materiaal dat ze in handen heeft kan ze alle kanten op. De eerste van de in totaal drie avonden (twee in het Amsterdamse Frascati en op 12 mei in Theater Rotterdam) maakt deel uit van Theater Na de Dam, waarin 125 voorstellingen in heel Nederland ingaan op onderbelichte verhalen uit de Tweede Wereldoorlog.
Emma Lesuis (1988), schrijver, filmmaker, theatermaker en verhalenverteller met Surinaamse roots, was direct enthousiast toen zij gevraagd werd om in het kader van Theater Na de Dam iets met Suriname te doen. Ook al kreeg ze in Suriname een ietwat ongemakkelijk gevoel dat vergelijkbare projecten vrijwel altijd door Nederlanders, al dan niet met een Surinaamse band, worden uitgevoerd met een zak subsidiegeld en niet door Surinamers zelf.
Lesuis heeft gelezen wat er over Suriname in oorlogstijd is geschreven, en dat is in vergelijking met de Nederlandse oorlogsgeschiedenis bitter weinig. Maar waar zij echt mee aan de slag kon, waren de filmpjes die de Surinaamse filmmaker en fotograaf Wim van der Ziel in de jaren veertig en vijftig heeft gemaakt. Het zijn mooie impressie van het dagelijks leven, Koninginnedag en Sinterklaas, maar ook beelden van (Amerikaanse en Puerto Ricaanse) soldaten in de straten van Paramaribo, want het buurland Frans Guyana werd bestuurd door de pro-Duitse Vichy regering en daarom werd rekening gehouden met een aanval vanuit dat land.
Verder zien we gouverneur Johannes Kielstra, die keihard optrad tegen intellectuelen die lieten blijken niet zo blij te zijn met de Nederlandse koloniale aanwezigheid. Toen prins Bernhard in 1942 op bezoek kwam liet Kielstra de straten van Paramaribo schoonvegen. Niet alleen criminelen moesten uit het straatbeeld verdwijnen, en werden zonder vorm van proces twee jaar opgeborgen, maar ook de prostituees, waaronder ‘de koningin van Paramaribo’, Maxi Linder.
Tijdens haar werkbezoek aan Suriname eerder dit jaar, waar zij onder meer Cynthia McCleod interviewde, kreeg Lesuis van een oude Surinamer te horen dat Linder en de andere mooie vrouwen van Paramaribo vooral werden opgepakt, omdat ‘Bernhard zijn broek niet kon aanhouden.’ Van der Ziel heeft de enige bekende bewegende beelden van Maxi Linder gemaakt. Cynthia McCleod kleurt het zwart-witte beeld in: ‘Rode lippenstift, rode nagels, hoge hakken, zo liep ze midden op straat.’ Die opname van Wim van der Ziel vormt een van de vele mooie momenten van Meer dan bauxiet. Kom maar op met een afgeronde voorstelling. Ook in deze embryonale vorm zorgt Emma Lesuis al voor een boeiend en onderhoudend uurtje.
Gezien: 3 mei, Frascati, Amsterdam. Nog te ze zien tot en met 12 mei. Foto: Bart Grietens