Hoe ziet dat er eigenlijk uit, het maakproces van een voorstelling die nooit gemaakt is? Welk resultaat van allerlei artistieke doorbraken, emotionele strubbelingen, onderlinge toenaderingen en vetes gaan we door de coronamaatregelen niet bekijken? BonteHond toont het in de vijfdelige parodiërende mockumentary Funny Lives, naar de gelijknamige voorstelling die niet gaat spelen. (meer…)
Vanwege corona moest er een kleine aanpassing gemaakt worden aan de voorstelling van Suzanne van der Horst. Namelijk: dat de voorstelling niet doorgaat. Want zonder publiek, geen theater. Geen gedeelde empathie, geen identificatie met de performer, geen theaterwetten die worden doorbroken en geen ongemakkelijke gesprekjes in de foyer achteraf.
Geen voorstelling, de podcast is gebaseerd op de festivalvoorstelling Geen voorstelling, die Suzanne van der Horst vier jaar geleden op het festivalplein tijdens Boulevard in Den Bosch speelde. De coronacrisis bood aanleiding tot deze theatrale ‘verpodcasting’, een remake zonder publiek. Centraal daarin staat een voorstelling die Van der Horst eigenlijk zou spelen, maar die vanwege omstandigheden, in dit geval de coronacrisis, niet door kon gaan. Die voorstelling, vertelt ze, zou eigenlijk gaan over de eeuwige, onuitputtelijke liefde – zoals elke voorstelling daar waarschijnlijk over gaat. ‘Maar mede door de crisis ben ik vandaag gesloten.’
Dat verhaal over de liefde krijgen we overigens wel degelijk voorgeschoteld, in de zes korte afleveringen (van steeds circa tien minuten) waarin haar relaas is opgehakt. En dan bedoel ik niet de uitgebreide anekdotes uit The Bridges of Madison County, die Van der Horst in aflevering 5 gedetailleerd en met veel smaak uit de doeken doet. Die aflevering vormt een behoorlijke stijlbreuk binnen de rest van deze podcastreeks overigens, maar dat hoort zo: in de oorspronkelijke voorstelling had halverwege ook een stijlbreuk gezeten en aan het eind van aflevering 3 waren we al gewaarschuwd: gezien de maatregelen bestond de kans dat de stijlbreuk in kwestie enige vertraging oploopt.
Nee, het liefdesverhaal waarvan Van der Horst stellig blijft beweren dat we het niet zullen krijgen, is er een op metaniveau: die van toneelspeler en theater. Van der Horst neemt ons mee naar de magie van het theater, zowel vanuit de speler als de toeschouwer. De fragiliteit van het moment, de onzekerheid, het allesomvattende moment in die ene voorstelling waarin ineens je wereldbeeld verandert.
De tekst van Van der Horst laveert tussen abstracte theaterbespiegelingen, algemeen engagement en lekker banale, alledaagse invallen – en in dat laatste vindt ze haar grootste kracht. Nadat ze geconstateerd heeft dat je zo’n podcast zonder problemen tijdens de afwas kan luisteren, stelt ze zich voor dat een toeschouwer zich met een afwasteil bij de ingang van het theater meldt en hoe de theatermedewerker daar vervolgens op zou reageren. In dat schijnbaar terloopse afdwalen weet ze zijdelings het perspectief op wat als bekend wordt verondersteld, te kantelen.
Uiteindelijk komen we over de ‘oorspronkelijke voorstelling’ niets dan algemeenheden te weten, die met een beetje goede wil op zo’n beetje elke (solo)voorstelling van toepassing kunnen zijn. Want wat valt er immers te zeggen van een voorstelling die er niet is? Dat is het mooie van theater: dat bestaat alleen maar bij de gratie van een gedeeld moment tussen performer en toeschouwer. Het laat zich niet vangen in een registratie, synopsis, projectplan of herinnering, het is er alleen op het moment zelf. En gaat dat niet door, dan is er helemaal niets.
Of ja, hooguit een podcast dan, over dat niets.
Geluisterd: Geen voorstelling, de podcast van Suzanne van der Horst op Spotify.