Het is een even leuke als logische redenering: als de kappers en de sportscholen open mogen en de theaters en musea niet, dan verander je het theater of de concertzaal in een kapsalon en het museum in een sportschool. Welke burgemeester, die wekelijks coronademonstraties toestaat waarbij een mensenmassa op elkaar gepropt staat, zou nou bezwaar kunnen maken tegen zo’n vrolijke en veilige cultuuractie?

Ja, dat was dus de Amsterdamse burgemeester Halsema, die had aangekondigd dat er gehandhaafd zou worden bij de cultuurgebouwen die de van hogerhand opgelegde coronaregels zouden overtreden. Want, zo legde ze rechtlijnig uit, in een kapperszaak moet worden geknipt en mogen geen artiesten optreden.

Voor de ingang van De Kleine Komedie stonden Bert Visscher en Jochem Myjer, de luidruchtigste cabaretiers van Nederland, als beveiligers-portiers om ervoor zorgen dat de tweehonderd bezoekers, die een dag eerder binnen één minuut de beschikbare kaarten voor de vier kappers-cabaret-sessies hadden bemachtigd, op ordentelijke wijze met anderhalve meter afstand binnen te loodsen en even te controleren of de haren wel waren gewassen. En ze stonden stoer klaar om de boa’s buiten de deur te houden. Ze maakten er een ware openluchtshow van.

Myjer kwam na de eerste ronde van een uur met verfomfaaide kledij naar buiten: ‘Ik heb gevochten met de ME. Het is logisch dat wij voor deze klus zijn gevraagd, want van alle cabaretiers zijn wij toch de grootste en de sterkste. We zijn echte commando’s. We hebben een waterkanon, en ik heb de bruine band van judo, er kan ons niets gebeuren.’

Visscher: ‘En we kunnen ook heel hard rennen.’ En dan serieus: ‘De theatermensen zijn de hele tijd zo braaf geweest, maar op een gegeven moment is het klaar. In de Primark slaan ze elkaar de hersens in en dan is het toch raar dat het volkomen veilige theater, waar we ons perfect aan de mondkapjes- en afstandsregels houden, dicht zou moeten blijven.’

Er rijdt een politiewagen langs en Visscher schreeuwt meteen naar een beduusde bezoeker in de rij: ‘Hé, geef die oude vrouw haar geld terug. Nu!’

Diederik Ebbinge, de initiator van De Kapsalon die navolging in het hele land heeft gekregen, ging er eigenlijk al meteen van uit dat het wel zou loslopen met het handhaven. ‘De filmpjes van deze actie gaan de wereld over en dan wil iedereen weer naar Amsterdam komen.’

Ebbinge, die de artiesten als een volleerde MC aankondigde, kreeg gelijk. Net als het Concertgebouw heeft ook De Kleine Komedie een officiële waarschuwing gekregen, maar de kapper-cabaret-sessies konden gewoon tot vijf uur doorgaan. De bezoekers werden na hun uurtje, met optredens van onder anderen Freek de Jonge, Brigitte Kaandorp, Jenny Arean, Alex Ploeg, Rayen Panday, Youp van ’t Hek en Claudia de Breij, via de artiesteningang naar buiten geleid, om plaats te maken voor de volgende vijftig gelukkigen. Op het podium veegde actrice en kappersassistente Lies Visschedijk netjes de haren bij elkaar en inde het tientje voor de kapper. Zo geolied, zo perfect georganiseerd, zo’n ongelooflijk leuke actie.

Roel Schoonveld, vaste klant van De Kleine Komedie, kwam uiterst opgewekt naar buiten. Het was hem gelukt om de vele honderden gegadigden voor te blijven bij de online kaartverkoop. Hij vat de inconsequentie van de maatregelen nog even samen: ‘Op school zitten dertig leerlingen op elkaar gehokt, met de ene besmetting na de andere tot gevolg, waardoor docenten en leerlingen thuis moeten blijven, terwijl in de bioscopen en theaters de stoelbezetting zo geregeld is dat besmetting vrijwel onmogelijk is. Het is zo goed dat deze actie is georganiseerd, alleen al om de stemming er in te houden. En hoe erg is het om een officiële waarschuwing te krijgen?’

In de derde ronde is eerst Lisa Ostermann aan de beurt, die een dag later in De Kleine Komedie in première zou gaan. Daarna mag Diederik Ebbinge zijn Promenade-maatje en ‘muze en goede vriend en de allergrootste’ aankondigen. Ton Kas neemt plaatst in de kappersstoel, laat zijn grijs-blonde lange hippiehaar los hangen en zegt dat het alleen een beetje bijgepunt moet worden. Hij vermaakt de zaal en de kapper, die stevig doorknipt, met een fantastische reeks moppen over een krakkemikkig huwelijk. ‘Mijn vrouw en ik hebben besloten dat we geen kinderen willen. Dus wie geïnteresseerd is kan ze alle vier gratis komen ophalen.’ Als zijn tien minuten voorbij zijn, loopt Kas met een kaal hoofd de coulissen in.

De slotact van de derde ronde is Claudia de Breij die op straat al zeer welwillend de nodige journalisten te woord stond en daarbij Femke Halsema niet te hard wilde afvallen. ‘Ik ben blij dat ik haar niet ben. Ik denk dat zij het in haar hart een hartstikke leuke actie vindt. Maar ja, je bent ook burgemeester en dan moet je soms iets zeggen. Ik ben wel blij dat die burgemeesters een beetje over de zeik gaan, want dan gebeurt er in ieder geval iets, zo worden we beter gehoord. Ik vind het wel een beetje sneu dat je eerst moet blaffen voordat er naar je geluisterd wordt, want je zou toch mogen verwachten dat mensen in de politiek wel inzien dat een land zonder cultuur geen land is. Zonder cultuur kun je net zo goed een plant zijn, dan besta je wel, maar dan leef je niet.

‘Het is wel spannend om nu te spelen, want ik heb geen materiaal. Ik vind het ontroerend om naast die kappers te staan. Hoe lief is het dat de ene sector iets doet voor een andere. Mijn vrouw stelde al voor om een stil protest te houden, maar ik ga wel wat doen.’

Op het podium blijkt dat zij toch met goede teksten bewapend naar De Kleine Komedie is gekomen. Als zij in de opstelling van de draaibare kappersstoelen de setting ziet van de Voice of Holland (‘Gelukkig niemand bij de piano’), barst zij pittig los over het seksschandaal in Het Gooi, over Arie Boomsma en de vorige onderwijsminster Arie Slob. Ook heeft zij een simpel antwoord op de kritiek dat zij wel het christendom belachelijk maakt, maar de islam niet durft te beledigen. ‘Ik ben een vrouw, ik ben getrouwd met een vrouw, dus ik BEN een belediging voor de islam.’

Dat zijn de conferences die we zo graag live in een zaal horen. Je mag toch hopen dat het na de volgende persconferentie weer echt mag.

Foto: Patrick van den Hanenberg