Anything is possible, dat was het credo waarmee illusionisten Siegfried & Roy op hun niet al te spectaculaire dood afstevenden. Acteurs Alex Hendrickx en Daniël Cornelissen gunnen ze alsnog een legendary ending, niet in Las Vegas, maar op dat andere epicentrum van de showbiz (‘en minstens even duur’): De Parade.

Na een fijne warming-up in de meer kleinschalige setting van Eindhoven, barstte De Parade afgelopen weekend definitief los in het Westbroekpark in Den Haag. In stomende tenten tussen al het drukke festivalgedruis, zorgden de vooral jonge makers voor verstilling, ontroering, uitzinnigheid en regelrecht plezier.

Bij Ruimteplaat van Orkater wordt het publiek meteen bij binnenkomst tot stilte gemaand (‘de opname loopt’). Als iedereen zit, leggen de drie spelers, nog altijd in stilte, via een stapeltje printjes uit wat hun missie is: ze maken een opname voor aliens. In 1977 werd de onbemande ruimtesonde Voyager 1 de ruimte in gelanceerd, met aan boord een gouden grammofoonplaat met daarop muziek en geluiden van het leven op aarde. Nadat muziektheatergroep Touki Delphine vijf jaar geleden al een nieuwe versie van de plaat maakte, wagen Nieuwkomers Romy Vreden en Simme Wouters zich samen met Sabine van Kuipers nu ook aan een geüpdatete versie: een (letterlijk) meerstemmige boodschap, die de diversiteit van de mens representeert.

Daarbij wordt meteen een belangrijke kanttekening geplaatst: er is een kans dat de opname nooit gevonden zal worden, omdat er geen buitenaards leven bestaat of omdat, als het wel bestaat, de kans ongeveer nul is dat ze de plaat zullen vinden.

En vervolgens doen ze waar de mensheid al heel lang goed in is: bord voor de kop en tóch doorgaan met waar ze aan begonnen waren. Naïef, zinloos, ontroerend, hoopvol – dat mag iedereen voor zichzelf bepalen. Wat vaststaat is dat het een wonderschone muziektheatervoorstelling oplevert. Eerst leggen ze uit waarom het bijna vijftig jaar duurde voordat we als mensheid weer iets van ons lieten horen (‘we moesten afstuderen, talen leren, goden eren, ovuleren’).

Vervolgens nemen de makers ons in een opsomming aan trefwoorden mee van 1977 naar nu, van de Voyager, via onder meer de Game Boy, de Berlijnse Muur, Pokémon, Merkel, George Floyd, naar de pakweg 8 miljard mensen die inmiddels op aarde rondlopen, ‘de nieuwe tijd’. Het zijn de grote en kleine dingen, iconische markeerpunten in de geschiedenis en schijnbare onbenulligheden die ons als mensheid tekenen, die bepalen wie we nu zijn.

Aangekomen bij het nu kan de balans worden opgemaakt en kunnen we voorzichtig kijken wat we van elkaar kunnen leren. Complexe zaken als rouw, humor, ambitie, schuld en schoonheid worden geïntroduceerd en bevraagd.

Vreden, Wouters en Van Kuipers imponeren niet alleen met hun loepzuivere stemmen, maar ook met klein, maar open spel, waarmee ze de toeschouwer onderdeel maken van hun poging. Aan het einde van de voorstelling, als ze zingen ‘U bent alleen, maar ook weer niet’, dringt zich ineens de vraag op of de makers het al die tijd wel tegen potentieel buitenaards leven hadden. Misschien was het een voorwendsel, en hadden ze het eigenlijk al die tijd al tegen ons: tijdgenoten, soortgenoten, de medemens die zich soms als alien tegenover de ander opstelt, maar met wie we dezelfde planeet, dezelfde twijfels, angsten en dromen delen. Alleen, maar ook weer niet.

Waar Orkater uitzoomt en in helikopterview over de mensheid heen zoeft, wordt er bij Kollektief Op Kracht ver ingezoomd op die mens, en zijn inherente belachelijkheden en onhebbelijkheden. Deze jonge spelers brengen Mijn slappe komedie voor vier mensen, een handjevol personeel en een tafel die niet vrijkomt op de Parade, een tekst die Magne van den Berg tien jaar geleden schreef en waarin een voormalig koppel en hun beider nieuwe partners centraal staan.

Wachten op een tafel en het uitstellen van gesprekken, het zijn precies dit soort semi-onschuldige zaken die bij Van den Berg levensgevaarlijk zijn en alle verworven zekerheden op hun grondvesten doen trillen. Regisseur Nanine Maria Kok zette haar spelers op elkaar gepakt op een rechte lijn en regisseerde op hoog tempo en met veel frontaal spel. Veel nadruk komt er daardoor te liggen op vorm: omgangsvormen, strategieën, manoeuvres waarmee de een zich ten koste van de ander profileert. Een slappe komedie is daarmee bij uitstek een studie van de mens: we zien vier personen op onbekend terrein, die op geen enkele nieuwe zekerheid kunnen bogen en daarmee worstelen, soms terugvallen op oude gewoontes, zichzelf overschreeuwen of wegcijferen.

Spelers Trix van Erkel, Jelle Huizinga, Jan Groenland, Léon de Vrede en David Westera spelen vrolijk schaamteloos, al gaat er in het tempo ook weleens wat van de nuance verloren. Je gunt Mijn slappe komedie… nog een moment waarop de spelers en regisseur zichzelf ontregelen, uit de strakke vorm breken en kijken wat er dan gebeurt.

Alex Hendrickx en Daniël Cornelissen wekken ondertussen het iconische illusionistenduo Siegfried & Roy tot leven in De grandioze dood van Siegfried & Roy. Weldadig gekostumeerd en bepruikt, nemen de aimabele acteurs ons mee in de wereld van show, glamour en ambitie, maar ook die van onderdrukte gevoelens en faalangst. Terwijl Roy (Hendrickx) steeds spectaculairdere nummers wil maken, verlangt Siegfried (Cornelissen) naar een leven met minder risico. En terwijl Roy niets liever wil dan openlijk uitkomen voor hun liefde, blijft Siegfried eromheen draaien.

Na hun carrière (Roy zit in een rolstoel, Siegfried verschoont zijn luiers) blikken de illusionisten en geliefdes terug op hun werk en leven, en stevenen zo gaandeweg af op het fatale incident: in 2013 werd Roy in The Mirage in Las Vegas door zijn tijger Mantacore in zijn nek gebeten en raakte verlamd.

Hendrickx en Cornelissen spelen lekker over de top, maar brengen met subtiel spel toch veel nuance aan: de uitbundigheid van de personages blijkt steeds duidelijker een masker waar twijfels en verdriet achter schuilgaan – en waar de spelers ons steeds meer deelgenoot van maken. Tussen alle vrolijke uitzinnigheid, magie en showbiz door, raakt De grandioze dood… (een tekst van Bart van den Donker) aan wezenlijke thema’s als liefde, ambitie en overgave.

Prachtig is het gebaar dat de twee spelers aan het einde maken: ze gunnen hun personages een passendere dood dan ze gegeven was: Siegfried & Roy krijgen alsnog een legendary ending, én een liefde in het volle licht. Dat is feestelijk en ontroerend.

Foto De grandioze dood van Siegfried & Roy: Erik van ’t Hof