In virtual reality kun je de anderhalve meter afstand op een veilige manier slechten, vertelt choreograaf David Middendorp, artistiek leider van Another Kind of Blue. ‘Toeschouwers kunnen fysiek heel ver uit elkaar zitten maar in VR bij wijze van spreken bij elkaar op schoot zitten.’ (meer…)
Theatermakers moeten hun werk opnieuw uitvinden binnen de anderhalvemetersamenleving en dat vraagt om radicaal onderzoek, vindt Eve Hopkins, artistiek directeur van productiehuis De Nieuwe Oost en Theater aan de Rijn in Arnhem. Onder de noemer #radicaallokaal gaan makers en publiek op zoek naar nieuwe vormen van ontmoetingen. ‘Deze tijd vraagt om een lokale blik.’
Als ze de theaterzaal van Theater aan de Rijn op een reguliere manier zouden inrichten binnen de anderhalvemeterrestricties, komen ze uit op vijfentwintig zitplaatsen, vertelt Hopkins. ‘Dat voelde alsof we een nieuwe werkelijkheid in het oude systeem probeerden te proppen. Daar werden we niet blij van.’
‘Vervolgens zijn we buiten onze eigen sector gaan kijken: wat gebeurt er nu in de wereld bijvoorbeeld met de voedselketen of de kledingketen? Daarin zie je dat men veel meer op zoek gaat naar lokale partners. Support your locals.’
Dat principe wilde ze vertalen naar het theater. ‘We gaan het theatermaken lokaal aanpakken. Daarmee bedoel ik niet dat we alleen maar met Arnhemse makers gaan werken. Het gaat veel meer over een in het algemeen meer lokaal gerichte blik. Hoe brengen we het werk de stad in en zoeken we verbinding met de inwoners van Arnhem?’
‘We wilden het omdraaien. Wat gebeurt er als je niet meer uitgaat van het oude paradigma van theaterzalen die om acht uur ’s avonds openen, waar dan zo veel mogelijk mensen plaatsnemen die anderhalf uur later weer met z’n allen naar buiten gaan?’
Onder de noemer #radicaallokaal krijgen theatermakers een week lang de tijd om een artistiek onderzoek vorm te geven en te delen met het publiek. ‘We zijn van oorsprong een werkplaats voor artistiek onderzoek. Dus nu hebben we onze deuren geopend voor theatermakers die dat onderzoek willen delen met het publiek.’
Bezoekers kopen een ticket met een tijdslot van een uur, waarop je in groepen van twintig tot vijfentwintig toeschouwers werk van theatermakers bekijkt: van theater tot film of beeldende kunst. Dat kan zowel in het theater zelf plaatsvinden als daarbuiten – er wordt met diverse andere culturele partners in de stad samengewerkt, zoals het Stadstheater, Introdans en Oostpool.
De deelnemende makers worden expliciet gevraagd om – binnen de mogelijkheden van de anderhalve meter afstand – op een aantal fronten te experimenteren: met het publiek (de grootte, de opstelling, de relatie tot het werk), de ontvangst (hoe zorg je ervoor dat de bezoekers de afstand in acht kunnen nemen?), de duur van de voorstellingen (voorstellingen kunnen variëren van één minuut tot maximaal een half uur) en de ontmoeting na afloop (hoe wordt de manier waarop toeschouwers na afloop kunnen reageren op het werk gefaciliteerd?).
Bovendien wordt de makers gevraagd om na te denken over een manier om hun werk ook online toegankelijk te maken. En dan niet simpelweg via een registratie, vertelt Hopkins, maar via spannende artistieke vormen. Op die manier kun je het werk ook voor mensen buiten de regio ontsluiten. ‘We noemen dat blended pratice: hoe kun je online en offline integreren?’
Ze hoopt dat het onderzoek iets duurzaams oplevert voor de sector. ‘Zouden we deze crisis kunnen aangrijpen om het systeem een beetje te kraken?’ De reisverplichtingen – ‘die one night stands, de ene avond hier, de andere avond daar, zonder ergens echt te landen’ – kan volgens haar nu ook radicaal op de schop. ‘Hoe zou het zijn als je langere speelbeurten maakt op minder locaties, zodat je echt ergens verbinding kan maken?’
Die opgelegde kleinschaligheid heeft ook iets fijns, volgens haar. ‘Je spreekt elkaar heel direct aan en hebt echt samen iets meegemaakt. De intimiteit is groter, en de gedeelde verantwoordelijk ook. Bezoekers voelen zich meer deelnemers, ze vormen samen met de makers een tijdelijke community of collectief.’
De sector kan deze periode gebruiken om opnieuw te kijken naar hoe het veld kan worden ingericht en welke rol de toeschouwer daarin kan nemen. ‘Wat is eigenlijk de behoefte van het publiek? We zijn zo gewend geraakt om voorstellingen “te zenden”, maar het publiek heeft volgens mij behoefte aan meer verbinding en verdieping. Dat kunnen we nu proberen een plek te geven.’
#radicaallokaal: van 9 t/m 27 juni op dinsdag, donderdag en zaterdag. Meer informatie: theateraanderijn.nl. Foto: Edwin Smits