In Fraslab onderzoeken jonge theatermakers hun ideeën en concepten in korte processen van drie weken. Theatermaker en actrice Sinem Kavus en het duo Danish Blue presenteerden in deze editie hun wankele personages, maar wel ieder op geheel eigen wijze. Vette zelfspot met een knipoog stond lijnrecht tegenover donkere introversie. Een ding hebben beide stukken gemeen: de stortvloed van woorden.

Sinem Kavus is nog maar net afgestudeerd aan de Amsterdamse toneelschool. Met I Used To Be Snow White But I Drifted – The (World)Tour zet ze het begin neer van een stand-up show over meisjes, die verdwaald zijn in de clichés van de liefde. In een strak, mooi vormgegeven decor met twee witte doeken en een groen neon vrouwensilhouet (wie deed de vormgeving?) zet ze haar standpunten uiteen. Als een ware gangsterrapper zet ze direct de toon, nogal eens valt het woordje ‘motherfucker’ in de bitcherige aftrap. De vaart zit erin. Kavus heeft zich aangekleed als een ware blonde bunny-snol, inclusief blonde pruik, roze latex hotpants en bontjas.

Aan haar zijde twee bunny-heren met masker, die haar bewegingen op de beste momenten kopiëren zodat een fysieke humor ontstaat. Minpuntje is wel dat die fysieke taal bij een vondstje blijft en nergens wordt doorgezet in de voorstelling. De blonde bitch blijkt minder snauwerig dan gedacht en na enkele illustratieve songs op de gitaar – wat heet – zien we de andere kant van deze mevrouw: een meisje boordevol zelftwijfels. Vooral Kavus’ grappige taalvondsten – met woorden als geestachtelijkheid – zijn veelzeggend. Haar twee mannelijke bunny’s blijven op achtergrond en omdat het statement al vroeg is gemaakt kabbelt de voorstelling uiteindelijk wat voort. Toch heeft Kavus ongetwijfeld materiaal in handen dat tot de verbeelding spreekt van een jong publiek.

Hoe anders is de tweede voorstelling van deze Fraslab. Onkenbaar is de titel van een introvert werk van Danish Bleu, het nieuw gezelschap van Babette Engels en Jordy Vogelzang. Twee naakte lichamen bevinden zich in de ruimte, die gevuld is met modderige klei en een waterbassin. De gezichten van het duo zien we nauwelijks, vooral hun edele delen zijn uitgelicht. Licht dat dankzij de spiegelingen van het water een dimensie toevoegt aan de voorstelling. In een stortvloed van woorden hoor je de twee hardop denken, dan weer de een, dan weer de ander. Elke gedachtekronkel krijgt een plek, van verhandelingen over kaas tot en duistere zelfreflecties. Dat terwijl het alter-ego vorm krijgt in een gesuggereerde derde persoon.

In de strakke regie van Koen van Etten wordt Engels’ lichaam monumentaal en is Vogelzang hyperbeweeglijk. Steeds ploffen ze na een monoloog terug in de klei, om uiteindelijk samen in een ritmisch woordenspel bol van herhalingen tot inkeer te komen en op aarde te belanden. Zij bubbelend met haar lichaam in het water, hij in een wonderlijke dialoog met een telefoon die muziek maakt. Onherkenbaar is een fascinerende, zwarte, poëtische dialoog over een rusteloos mens. Mechanismen van te veel denken en te veel controle worden met simpele middelen blootgelegd.

Foto I Used To Be Snow White But I Drifted – The Worldtour: Bas de Brouwer