De brieven van Mia gaat over de onwaarschijnlijke vriendschap tussen een elfjarig meisje uit Syrië en een 94-jarige Joodse man. Dat gegeven is prachtig, maar het verhaal wordt met zevenmijlslaarzen verteld, aan de hand van te karikaturale personages. Van dik hout zaagt men geen drama. (meer…)
Lenny is een toneeltekst van Koos Terpstra uit 2002, geschreven op de huid van ‘zijn’ toneelspelers bij het Noord Nederlands Toneel en voor twee stand-up comedians. Het is deels een toneeldocumentaire over de godfather van het vak, de Amerikaan Lenny Bruce (1925-1966). En deels een vertelling over de basisprincipes van dat vak: wat je doet moet kloppen met wie je bent, je moet je meten met de wereld, het gaat niet om de grap maar je moet grappig zijn, en er zijn afspraken met het publiek. Terpstra voegde er een impliciete waarschuwing voor ieder podiumbeest aan toe: kijk steeds over je schouder, daar staan de lafbekken die je op den duur een dolk in je rug steken.
De voorstelling van het NNT toerde indertijd door het land vanaf de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2002, met de Rotterdamse zegetocht voor Pim Fortuyn en het daaropvolgende nachtelijke lijsttrekkersdebat dat voor minimaal twee van die lijsttrekkers het eind van hun politieke leven betekende. Het werd een stuk grimmiger, dat voorjaar. Maar dat wist niemand toen nog. In de spelersploeg van Lenny was de stemming uitgelaten: de stand-up comedians Raoul Heertje en Hans Sibbel (Lebbis), die afwisselend Lenny speelden, leerden aan de acteurs het vak van een zaal bespelen en van de acteurs geloofwaardigheid in toneelspel. Vice versa.
Iedereen dreef in de goudmijn van die eigenaardige politieke Dagobert Duck-Jacuzzi met een maatschappelijk mijnenveld als badkamer. Het was ongemeen hard werken, er stond een hoop op het spel. Geholpen heeft het overigens niet echt. Bij de uitgang lag uiteindelijk een vermoord politiek leider (Fortuyn), en stonden zesentwintig halve garen klaar om tot Tweede Kamerlid van de LPF-fractie te worden beëdigd. Bij de nooduitgang wachtte CDA-premier Jan-Peter Balkenende iedereen op, als een soort stamelende bonus. ‘Die VOC-mentaliteit! Toch!’ Tel uit je winst. Lenny Bruce had het niet kunnen bedenken, Koos Terpstra had het niet kunnen schrijven. De ‘grote winter van ons ontevreden zijn’ was definitief begonnen.
Veel beelden uit die tijd schoten door mijn hoofd toen ik afgelopen vrijdag plaatsnam in het cabaretzaaltje in de kelder van Theater Bellevue, voor de première van Lenny door George en Eran Producties in de regie van Eran Ben-Michaël. Maar ik was de gebeurtenissen uit 2002 ook supersnel weer totaal vergeten. Om te beginnen: dat zaaltje. Ensceneerde Koos Terpstra in het eerste decennium van deze eeuw de energie, de intimiteit en de brutaliteit van de kleine zaal naar het grote podium, Ben-Michaël bewandelt met Lenny bijna schaterend van de pret weer de omgekeerde weg. Wij zitten als toeschouwers letterlijk in de mentale omsingeling van de vertelling, de bokswedstrijd van uitdager-komiek Lenny Bruce tegen de rest van de wereld. De botsing rolt als een geestelijke tsunami over ons heen. Hier staat een hecht, sterk en klein ensemble te spelen, met een energie of hun leven ervan afhangt, Lenny-energie dus.
Ik noem ze. Ayla Satijn en Klaas Postmus doen een paar formidabele acts waarvan duidelijk wordt dat zij het zijn die Lenny op den duur zullen overvleugelen. Peter Boven wisselt de rol van een zaaldirecteur onder grote druk af met een geweldige act als sneue kneus onder de comedians. Jelle Mensink (onder meer de verteller), Milan Sekeris (sterk in alle bijrollen), Jur de Vries (een reus op de gitaar), Britte Lagcher (speelt de mooie rol van vriendin Honey, stripper en zangeres die zowel vals als loepzuiver kan zingen), en Gustav Borreman (hij is de bindende factor als de alomtegenwoordige manager van Lenny, bijna stand-upper nummer twee).
In het centrum staat Mads Wittermans en hij kan dit. Sodeju, wat is die jongen goed! Sander van Opzeeland heeft repertoire voor hem geschreven dat venijnig is, fel, bij vlagen zouteloos en vaak zuigend, treiterig, zoals Lenny moet zijn geweest. En op één punt unverfroren helder: op een podium moet je alles mogen zeggen. Deze troep, met hun regisseur op de bok, doen Lenny van weleer vergeten en ze genereren een nieuwe, brutale energie. Dan doe je je werk erg goed. Ik zou er bijna naar gaan verlangen dat ze de voorstelling tot ver in maart 2017 kunnen blijven doorspelen. Diepe buiging en hulde!
[Sterren toegekend door de redactie]Foto: Jean van Lingen
Ik herkende voornamelijk (woord voor woord!) het repertoire van comedian George Carlin in de stand-up stukjes, die vervolgens helaas nergens genoemd wordt. Maar hij is natuurlijk tijdgenoot van Lenny Bruce dus misschien heeft Carlin het van hem overgenomen, die details weet ik niet.
Verder kon Wittermans de avond dat ik er was, de zaal niet voor zich winnen en had hij helaas een duidelijk gebrek aan timing en delivery. Vond het voornamelijk erg veel open deuren en ongefundeerde kritiek op de huidige staat van de vrijheid van meningsuiting. Hetgeen waar ik over struikelde was dat Lenny Bruces verhaalt (op soms inconsistente wijze) in Amsterdam in 2016 geplant werd, wat de implicatie had dat de dingen die hij toen zei nu precies dezelfde uitwerking zouden hebben.
Zoals er in de voorstelling ook gezegd wordt: woorden hebben op zichzelf staand geen betekenis het is de context die bepaald. Hiermee valt een vergelijking die in de voorstelling gemaakt wordt met het huidige proces tegen Wilders voor zijn minder Marokkanen uitspraak met een aanval op de vrijheid van meningsuiting in het water. De context dat Wilders een politicus is en niet een comedian als Bruce, maakt dat zijn woorden een andere betekenis krijgen. Vandaar dat een rechter zich hierover moet buigen. De context van 2016 bepaald dat je nu gewoon kutje kutje kutje op het podium kunt zeggen. Dit maakt je niet brutaal, zelfs niet zoals de politieagenten het in Lenny zeiden puberaal, maar saai.
In Lenny wordt het leven van Lenny Bruce direct gelijk gesteld met onze huidige situatie, zonder eventuele kanttekeningen. Ik vind het persoonlijk erg makkelijk dat een complex iets als de grens tussen de vrijheid van meningsuiting en het opruien en aanzetten tot haat worden volledig aan de kant wordt geschoven. Het punt dat woorden zelf niet vies kunnen zijn is door Bruce al lang geleden gemaakt, de huidige kwestie is dat we de consequentie van ‘we kunnen zeggen wat we willen’ nu op ons bord krijgen. Als het je vervolgens niet interesseert wat deze woorden teweegbrengen, ben je eerder een bangerik dan brutaal. Woorden staan altijd in een sociale of politieke context. Bruce wist deze context bloot te leggen, Lenny helaas niet.
De makers hebben te veel verschillende dingen willen laten zien: de impact van Lenny’s shows op zijn naasten, zijn impact op de Amerikaanse samenleving en de reactie van het rechtstaat. Hierdoor is de betekenis van Lenny’s werk ondergesneeuwd geraakt en daarmee ook de poging om de betekenis van Lenny’s werk in 2016 te duiden.
Maar hé dat is slechts mijn mening.
Nog nooit zo’n slechte, grove voorstelling gezien. Slechte, foute grappen en slecht geacteerd. Eerste keer in mijn leven een voorstelling eerder verlaten omdat ik het niet meer kon aanhoren ben aan zien
Naar een voorstelling over Lenny Bruce gaan en dan de zaal verlaten omdat je het te grof vindt…. precies zoals Lenny het gewild zou hebben.