Nu de verscherpte coronamaatregelen nog maar ruimte bieden aan maximaal dertig toeschouwers per voorstelling, kiezen sommige theaters ervoor om tijdelijk hun deuren te sluiten. Andere schouwburgen kijken of er voor dertig man alsnog gespeeld kan worden. (meer…)
In het weekend nadat het Eindhovense jeugdtheatergezelschap Hetpaarddatvliegt hoorde dat het zijn structurele subsidie van de provincie Noord-Brabant kwijtraakt, gaat hun nieuwste, heel persoonlijke voorstelling in première. En het is er een die er mag zijn. Regisseur Lenneke Maas vroeg de leden van Hetpaarddatvliegt met haar een voorstelling te maken over de manier waarop ouders van nu hun kinderen grootbrengen. Ze vroeg er meteen bij of Reem Wittenbols en Annemiek Nienhuis samen met hun eigen kinderen op het toneel wilden staan.
Sep Wittenbols (zoon van Wittenbols) en Julia Hesdahl (dochter van Nienhuis) voelen zich thuis op de speelvloer. Hesdahl is laconiek, gevat en grappig, Sep Wittenbols energiek, zelfbewust en vrolijk. Ze hebben ontegenzeggelijk talent, zoals hun ouders de wereld ook stevig inprenten in een subtiel ontsporend tegen elkaar opbieden: Julia kan fantastisch tekenen en spreekt alle talen, Sep is zo’n pure, open jongen bij wie alles lukt en niets teveel is, zij helpt haar moeder de dingen in perspectief te zien, hij heeft een keer een kind van de verdrinkingsdood gered.
De kinderen staan erbij alsof ze deze dingen al jaren over zichzelf horen. Ze knikken met een bevreemdend soort onaangedaanheid: het klopt, ik ben echt hartstikke cute, dat is gewoon waar. Ze dansen met hun ouders, die hun muziek ook cool vinden, of die het cool vinden dat zij deze muziek cool vinden. Even later lezen ze een reeks absurde brieven aan zichzelf voor: ‘Lieve Julia, je mag echt trots zijn op je excentriciteit. Je hebt echt al enorm veel bereikt (…) Liefs, Julia.’
Wat is nog de rol van de ander in het leven van deze kinderen? Kan een ander nog dichtbij ze komen nu ze al zo vol zitten van zichzelf? Ik merk dat ik na vijfentwintig minuten ongeremde bevestiging verlang naar een uitbraak; naar een moment waarop een van de twee jonge talentjes losbreekt, de boel overhoop gooit en tegen een ouder tekeer gaat. Deze kinderen hebben geen rafelrand. Ze zijn gladgepolijst met aandacht en waardering en eivol gestopt met het geloof in zichzelf. Maar de beste plek om geraakt te worden is waar je zelf een beetje stuk bent of iets mist. Waar mensen zich duurzaam aan elkaar hechten is waar de rafelranden in elkaar grijpen.
De ouders laten zien hoe een fantastisch kind afstraalt op jezelf. De openingszin van Nienhuis is prachtig, maar draagt een kiem van bederf in zich: ‘Toen ik Julia na haar geboorte voor het eerst in mijn armen hield en in haar ogen keek, dacht ik: als jij mij straks maar aardig gaat vinden.’ Voor iedere nieuwe ouder een herkenbaar sentiment, ik hoor het op de stoelen om me heen zacht opklinken: ‘oh ja…’
Maar de voorstelling roept heel knap de vraag op wat die drang inhoudt. Hoever kijk je eigenlijk om je heen als deze wens de centrale gedachte achter je opvoeding wordt? Hoe gaan die kleine wezentjes, geconditioneerd om zich zonder kritiek volledig harmonieus tot hun ouders te verhouden, zich straks verhouden tot al die andere mensen waar ze mee moeten samenleven, werken, plannen maken, kinderen opvoeden? Hoe zullen ze omgaan met weerstand, opkomen voor hun eigen overtuigingen, hun eigen pad leren kiezen en ondanks de hobbels op de weg toch doorgaan? En wat zegt het over de ouders als die zich zo afhankelijk opstellen van de waardering van hun kinderen dat elke vorm van reflectie afketst? Ongemakkelijk lachend wijst Reem Wittenbols elke kritische vraag af en stort zich letterlijk en griezelig op zijn eigen zoon.
Deze grappige en energieke voorstelling roept ernstige vragen op die relevant zijn voor ons allemaal. In deze wereld, die wij maken, groeien onze kinderen zó op. De voorstelling die eigenlijk over jou gaat toont hoe onbegrensde liefde voor je kind in wezen voornamelijk neerkomt op onbegrensde liefde voor jezelf. Hoe veel geven een ultieme vorm van nemen is. Of misschien zelfs wel van ontnemen. Want het is pijnlijk om te constateren dat deze twee mooie, lieve, leuke getalenteerde kinderen vanavond in feite een heleboel narcistische trekken tentoonspreiden. Twee zelfvoldane eilandjes, niemand nodig, keurig naast elkaar. Net als hun ouders.