Doorgaans beginnen we aan een voorstelling door de zaal binnen te komen en zelf onze stoel op te zoeken. Maar in Every Body Electric wórden wij op onze stoel gezet, bijna letterlijk, door choreograaf Doris Uhlich en, vooral, door Josefine Mühle, een van de zes dansers in deze voorstelling uit 2018, die zijn Nederlandse première beleefde tijdens PAFFF, het theaterprogramma van de Friese kunstentriënnale Arcadia. (meer…)
Mokhallad Rasem werkte als acteur en regisseur in Bagdad, maar vluchtte acht jaar geleden naar België. Tijdens Dancing on the Edge 2011 presenteerde hij zijn voorstelling Irakese Geesten. Nu is hij terug met Body Revolution. Daarin laat hij zien hoe het lichaam zijn weg zoekt tussen de talloze beelden van oorlog die op hem afkomen. Uit iets dat kapot is destilleert hij indrukwekkend theater.
Geprojecteerd op een wit doek zien we een desolate wereld: vernielde flatgebouwen, geen enkel levend wezen, alleen het geluid van de wind. Uit die beelden komen letterlijk drie mannen tevoorschijn. De live aanwezigheid van de drie acteurs maakt van film 3-D, van beelden van ver weg onze wereld. De projecties bestrijken ook hun witte kleding; een stilzwijgende maar mooie metafoor voor het door oorlog gemarkeerde lichaam. Dat lichaam heeft verdriet en Rasem maakt dat invoelbaar. Het zit verlamd op de vloer, valt om zodra het staat. Het moet door anderen opgetakeld worden, ondersteund en meegenomen. Of het is juist totaal rusteloos en kan niet stoppen met bewegen, de kop heftig zwierend op de romp.
De grens tussen de beeldenwereld daar en de fysieke realiteit hier wordt voortdurend overschreden. Telkens weer worden de acteurs ingevoegd in de geprojecteerde beelden. Ze verplaatsen zich met andere woorden letterlijk in andermans situatie: ze komen kort in de plaats van een heftig huilende vrouw of een voor militairen wegvluchtende man. De timing van het in en uit de beelden gaan is geraffineerd, de overgang van de ene naar de andere wereld smooth. Het heen en weer gaan tussen de twee werelden is ook een balanceren tussen twee tegengestelde krachten die in de drie lijven huizen. Als hun herinneringen de boventoon voeren en ze zich laten laten door het verleden, zijn ze terug in een wereld vol misère. Lukt het ze om vooruit te blikken en hun kracht te vinden dan kunnen ze door in het hier en nu.
Van tijd tot tijd voegt het drietal zich bij de mensen op de foto’s door op de dansvloer exact dezelfde houding aan te nemen. Bijvoorbeeld voorovergebogen zittend op de grond met de handen gekruist achter het hoofd, zoals de gevangenen achter hen die onder gewapend toezicht worden gehouden. Zo fungeren de drie acteurs in feite als lijfelijke intermediair tussen de mensen in de oorlogsgebieden en de mensen in de zaal. Wij, het drietal en zij – we zijn allemaal met elkaar verbonden. Om het leed voor ons te verzachten geeft Rasem er in zijn voorstelling warme jazzmelodieën bij.
Aan het eind van Body Revolution keren alle beelden terug, in omgekeerde volgorde en in kleur. Daardoor worden de kapotte flatgebouwen alleen maar werkelijker. Meer nog van hier en nu, van een wereld van ons allemaal.
Foto: Kurt Van der Elst