De familievoorstelling De regels van Floor staat bol van de stereotypes en middelmatige humor. Spijtig, want de gelijknamige boekenreeks en televisieserie zijn ontzettend scherp en behoorlijk hilarisch. Gelukkig geeft Kees, Floors grofgebekte puberbroer (hij fokt en kut erop los) enigszins schwung aan de vijfenzeventig minuten durende rit. (meer…)
Het experiment heeft iets gewaagds: Shakespeares Macbeth inkorten en vermengen met moderne dans voor jongeren vanaf vijftien jaar. De ondertitel van de voorstelling van de Toneelmakerij en ICKamsterdam, blood on the dancefloor, ruikt naar een stampend dansfeest, naar de machtsgruwelen van ‘jong’ en ‘nu’. Maar behalve dat de mannen baarden dragen en Majd Mardo Macbeth speelt als een zelfverzekerde ‘gast’ heeft deze Macbeth erg weinig met nu te maken.
Acht dansers openen de voorstelling met een choreografie die het midden houdt tussen overwinningsroes en zelfkastijding. De vier acteurs kijken toe totdat Helena Volkov en Dereck Cayla verschijnen met een ijl, haast verstild en liefdevol duet. Roel Adam en Tine Cartuyvels fluisteren door de microfoons aan de zijkanten van de speelvloer de heksenteksten die Macbeth het koningschap voorspellen. En dan ontvouwt zich in stenoversie het stuk over de man die samen met zijn vrouw verstrikt raakt in de bloeddorstige waanzin van onstilbare machtshonger. Het toneelbeeld is grijs, bloed vloeit bij elke dode langs matglazen panelen; opzwepende muziek vol dreunen en sirenes, ondersteund met scherp zij- en vloerlicht, benadrukken de even kille als mistige meedogenloosheid van het beroemde toneelpersonage; zijn waanzin krijgt gestalte in de dansers die hem omsluiten of uitdagen.
De poging Shakespeare met dans te verbinden is intrigerend, acteurs en dansers creëren samen een ‘eigen’ wereld, maar de kwintessens van het stuk komt niet uit de verf.
Geen van de acteurs laat een ontwikkeling zien. Majd Mardo weet de Shakespeareteksten een lekker ritme mee te geven maar de tekst is zo tot ‘gebeurtenissen’ ingekort dat hij de kans niet krijgt om zijn twijfel en zijn angst uit te spelen. De enige die wel gevoel laat zien is Roel Adam in vele dubbelrollen, maar hij verkiest melodrama, wat nogal tenenkrommend uitpakt. Daniël van Klaveren – ook in enkele dubbelrollen – slaagt erin iets van nuance aan te brengen, Tine Cartuyvels als Lady Macbeth daarentegen is alleen maar woest.
De choreografie is krachtig maar wordt gaandeweg naar de scène- en decorwissels verdrongen. Alleen het heksenduo heeft een constante, bijna bedwelmend ongrijpbare lading. Volkov en Cayla bewegen als één en zijn voortdurend aanwezig. Hun griezelig hermetische focus op elkaar versterkt op de een of andere manier het gevoel van onrust dat Macbeth voortjaagt. De rol van de andere dansers is diffuser. Zij zijn soldaten op het slagveld, de kinderen van Banquo en MacDuff, gasten tijdens het banket waar Macbeth de geest van Banquo waarneemt en af en toe dreigende demonen. Dat zij zowel letterlijke personages zijn als de abstracte weergave van waanbeelden of gevoelens geeft de voorstelling als geheel iets ondoorgrondelijks.
Waanzin en werkelijkheid worden kortom in deze regie en choreografie van Liesbeth Coltof, Emio Greco en Pieter C. Scholten niet scherp gearticuleerd, waardoor de onafwendbaarheid van Macbeths moordtocht en ondergang jammer genoeg nergens echt aangrijpend wordt.
Foto: Sanne Peper