In Herr Hamsterfleisch und die Angry Antz wordt korte metten gemaakt met ongecompliceerde kerstvreugde. De radicaal-feministische punkrockband van Club Gewalt confronteert ons met onze cognitieve dissonantie, maar spaart ook zichzelf niet.

Het kerstdiner is voor radicale feministen een zware bevalling. Elk gesprek over politiek of patriarchaat wordt vakkundig gesaboteerd door familie die het vooral gezellig wil houden. Gelukkig is er Club Gewalt, die na de kringverjaardag (10 Year Anniversary, 2023) de pijlen richt op het kerstfeest. Want hoe kunnen we prediken over vrede op aarde, terwijl grove mensenrechtenschendingen dagelijks gelivestreamd worden? En waarom zijn zoveel onderwerpen over het vrouwelijke lichaam eigenlijk taboe?

Met dat laatste maakt Herr Hamsterfleisch, de punkrockband van Club Gewalt en Venus Tropicaux, gelijk korte metten. ‘Blut is gut!’ roept frontvrouw Loulou Hameleers tijdens een college over de vulva en de clitoris, geïllustreerd met slijm en ketchup. Later vraagt ze wie er weleens met iemand over ‘die Übergang’ heeft gesproken en moet ze concluderen dat het geen populair gespreksonderwerp is. Als Suzanne Kipping zingt over hoe weinig mannen willen uitgaan met een zwangere vrouw, wordt de rode draad duidelijk: er hangt nog steeds een taboe op het vrouwelijk lichaam en alle natuurlijke processen die daarbij horen.

Toch is er weinig sprake van sisterhood in Herr Hamsterfleisch und die Angry Antz. Het Duitstalige, punkrockende alter-ego van Hameleers zet Kipping – Engelstalig en met een wat zachter geluid – herhaaldelijk onder druk en maakt opmerkingen over haar zwangerschap. Als Robbert Klein heel voorzichtig een pleidooi houdt voor feministische mannen, komt hij ook niet veel verder. Club Gewalt, schrijvers Anne van de Wetering en Elly Scheele en eindregisseur Romana Vrede laten hier bekende valkuilen zien van activistische organisaties: een gebrek aan meerstemmigheid en een dunne grens tussen onderhandeling en gaslighting.

Die kritiek wordt verder opgevoerd in de tweede akte, waarin de zogenaamde Angry Antz hun entree maken. Herr Hamsterfleisch und die Angry Antz is een verwijzing naar de rockmusical Hedwig and the Angry Inch (1998), maar de mieren zijn meer dan alleen een slimme woordgrap: ze vormen een niet-menselijk alternatief voor het individualistische feminisme van Hamsterfleisch: een waar de individuen zich altijd verhouden tot het collectief.

Tevens zijn ze de drie geesten van A Christmas Carol die een wit feministisch icoon een spiegel voorhouden en confronteren met de veelstemmigheid en complexiteit van feminisme. ‘Feminisme zonder intersectionaliteit is gewoon witte superioriteit!’ zingt de mierengeest van het heden, terwijl de geest van het verleden benadrukt dat de geschiedenis van vrouwenemancipatie niet eurocentrisch is en niet alleen maar vooruit gaat. Het individu minder centraal maken is het devies, maar dat uitvoeren is nog een hele klus.

Staying with the trouble’, oftewel midden in het ongemak staan, is de rode draad in het recente werk van Club Gewalt. Steeds weer werken ze naar een punt toe waar geen pasklare oplossingen voor bestaan. Hameleers doet verwoede pogingen om zichzelf te decentreren, maar kan dat nooit helemaal doen. Het doet denken aan Antropoceen, de musical (2021), waarin de protagonist eveneens roept dat het ‘niet meer over mij moet gaan’ en de beperkingen van het individualisme onderstreept in het oplossen van complexe, collectieve problemen. Het publiek blijft niet achter met een behapbare en hoopgevende kerstboodschap, maar moet kauwen op iets dat veel ingewikkelder is en gezamenlijke actie vereist.

Cognitieve dissonantie is eveneens een term die bijblijft. Herr Hamsterfleisch speelt met cognitieve dissonantie rondom het kerstfeest: weten dat een kerstboom niet ecologisch ideaal is, dat er dieren zijn gedood voor jouw kerstdiner of dat elders in de wereld mensenrechten worden geschonden, en daar toch even niet aan denken. Maar het speelt net zo goed met de cognitieve dissonantie die nodig is om wit feminisme in stand te houden. Als dat beeld door de Angry Antz omver wordt geworpen, verliest het hoofdpersonage een beetje de grond onder haar voeten, maar het lijkt wel de enige weg vooruit.

Het eindstuk geeft het publiek een praktische handleiding mee over hoe om te gaan met moeilijke gesprekken aan de kersttafel. Dat we met een lekkere meezinger de zaal kunnen verlaten, voelt als een breuk met het ongemak dat de Angry Antz in de voorstelling hebben gebracht. Maar dit lied is dan wel weer het slimst geschreven lied van Herr Hamsterfleisch und die Angry Antz: de beginletters van de woorden vormen samen ‘kerstavond’. En omdat Hameleers het ons aanleert, als driedelig koor, wordt er even een collectief opgebouwd: toch nog een beetje hoop in onzekere dagen.

Foto’s: Sofie Knijff