De Johannes Vermeerprijs 2023 gaat naar mezzosopraan Tania Kross. Kross ontvangt de Nederlandse staatsprijs voor de kunsten vanwege haar toonaangevende internationale zangcarrière en de vernieuwende wijze waarop zij opera breed toegankelijk maakt en een uiteenlopend publiek aanspreekt, verbindt en inspireert. (meer…)
Ooit waren de Johannes en Matthaüs Passion het domein van deemoedig zingende zangers en zangeressen en een publiek op bil-pijnigende kerkbanken. Die tijden zijn voorbij. Tegenwoordig worden de passies van Bach in vele varianten uitgevoerd: geënsceneerd, half-geënsceneerd, met kleine en grote koren. Een zeer bijzondere uitvoering vinden we bij de Nederlandse Reisopera.
In 2011 bracht de (toen nog) Nationale Reisopera – die onlangs haar naam veranderde in Nederlandse Reisopera – voor het eerst deze geënsceneerde Johannes Passion in première. Toen zat de Holland Baroque Society in de bak. Nu, drie jaar later, dirigeerde Klaas Stok de Baroque Academy van het Nederlands Symfonieorkest en bewees deze productie opnieuw zijn subtiele schoonheid.
Het is geen opera, het is geen oratorium. Het is een fijnzinnige mengvorm waarbij zanger en regisseur Dale Duesing het oratorium van een extra theatrale laag voorziet zonder het oorspronkelijke karakter van het werk geweld aan te doen. De evangelist, een rol die er in de oratoriumversie toch een beetje bijhangt, bleek nu veel meer geïntegreerd in het geheel.
Het slotkoor kreeg door de inventieve belichting een veel grotere dramatische lading. Op het toneel zien we Jezus, Petrus, Pilatus en de koren die het volk en de farizeeërs representeren. Keer op keer levert het verbluffend intieme toneelbeelden op die het kruisigingsverhaal veel meer scherpte geven. Dat Jezus, Petrus en Pilatus gewoon in jasje-dasje richting Golgotha gaan doet niets af aan de geloofwaardigheid. Sterker nog: het geeft het kruisingsverhaal een prettig soort tijdloosheid mee. Alsof Duesing wil zeggen: de kruisgang is een verhaal van alle tijden.
Er wordt uitstekend gezongen door het Nationaal Opera en Concert Koor en solisten als Robert Burt, Owen Willetts en Hanneke de Wit (die een fenomenaal mooie ‘Zerfliesse’-aria liet horen). Klaas Stok, die als dirigent voor de eerste maal in de bak stond, leverde eveneens vakwerk. Al had hij hier en daar het orkestgeluid iets meer profiel mogen geven.
Al met al is dit weer een fantastische productie van de Reisopera. Het gezelschap gaat deze theatrale Johannes op het repertoire zetten en zal de productie om de drie jaar hernemen.
Foto: Marco Borggreve