Op afstudeerfestival ENTER begeleidt Theaterkrant 15 nieuwe theaterwerkers bij hun eerste recensies. Deze recensie is geschreven door een van de deelnemers van het traject, Rinke Brans.

De afgelopen jaren hield theatermaker Tosca Sommerdijk (ArtEZ Arnhem) zich bezig met de vraag ‘Wie maakt mij grenzeloos?’. Ook tijdens ENTER festival heeft ze dit onderzoek voortgezet door middel van ontmoetingen met anderen. Op de laatste avond van het festival presenteert ze haar bevindingen.

Voor we de zaal in gaan wordt ons niet alleen veel plezier gewenst, maar ook succes met ons eigen onderzoek. Daarmee is de toon van deze avond meteen helder: het gaat niet alleen over Sommerdijks eigen bevindingen. Met deze presentatie in zowel tekst als beeld deelt ze een scala aan mogelijke antwoorden op deze vraag.

Als we de zaal binnenkomen, zien we Sommerdijk rennen op een loopband. Na een tijdje rennen voert ze het tempo op. Dit herhaalt zich een aantal keer, ze moet zich zichtbaar harder inspannen, en uiteindelijk drukt ze op stop. Met deze handeling als metafoor kaart ze een belangrijk actueel thema aan, namelijk grenzen stellen. Maar ze gaat met dit onderzoek ook een stap verder: grenzeloos zijn. Grenzeloos betekent bijvoorbeeld ‘jezelf niet vastzetten’ volgens Sommerdijk. Maar is écht grenzeloos zijn überhaupt wenselijk? Grenzen zijn toch ook nuttig en goed? Dit is een nog onderbelichte kant van de vraag, die nu (nog) niet aan bod komt op dit punt in het onderzoek.

Eenmaal op adem gekomen vraagt Sommerdijk of iemand het van haar wil overnemen. We aarzelen, maar na een tweede keer vragen staat iemand op. Diegene mag hetzelfde doen: rennen, zelf aangeven dat je wilt stoppen, en een volgende de beurt geven. Het is simpel maar doeltreffend, hoe Sommerdijk met deze uitnodiging het stellen van grenzen zo tastbaar maakt. Het uitnodigen van anderen is kenmerkend voor haar onderzoeksmethode: in ontmoetingen samen nadenken over deze ietwat abstracte vraag. Het is inspirerend om te zien hoe Sommerdijk zich openstelt voor alle mogelijke antwoorden, en de grenzeloosheid van een ander even ‘uitprobeert’. Ze liet zich bijvoorbeeld inspireren door iemand die zich grenzeloos voelt als hij in een onbekende stad, waar niemand je kent, op een terras kan neerstrijken. Sommerdijk vertaalde dit naar een scène waarin we worden uitgenodigd met haar op de vloer te dansen, om je vrij te voelen en bewegen tussen een groep mensen die je niet kent.

Wanneer Sommerdijk een touw om haar bovenlijf knoopt, begrijp ik het eerst niet helemaal. Net als bij sommige andere scènes is de link met het onderzoek vrij abstract. Ruimte voor eigen associaties, maar je wilt natuurlijk ook graag weten wat de uitkomsten zijn. Als ik na afloop met haar spreek worden de touwen duidelijk: het heet shibari, een Japanse kunstvorm en fetisj. Hierbij bind je een ander of jezelf vast, om een gevoel van geborgenheid te creëren, en waar het volste vertrouwen voor nodig is. Volledige overgave dus.

Ook nam Sommerdijk deel aan een truffelceremonie. Een psychedelische trip onder begeleiding, waardoor je dichter bij jezelf kan komen. Zelf was ze vooral bezig met de mensen om haar heen tijdens het trippen. Je zou kunnen zeggen dat die anderen haar dus begrensden in haar eigen truffelervaring. Of: liet ze zichzelf begrenzen door de anderen? Het zet me aan het denken. De vraag ‘wie maakt mij grenzeloos?’ gaat inherent natuurlijk ook altijd over ‘de ander’ en hoe je jezelf daartoe verhoudt. Wie laat je jou wel of niet grenzeloos maken?

Foto: Jet Wolbers