In Dodai van Critical Mess demonstreert Stefan Sing zijn organische jongleerstijl. De combinatie tussen jongleren en choreografie die hij en zes jongleurs laten zien is bij vlagen indrukwekkend, al is de voorstelling soms inderdaad critically messy. (meer…)
In het sympathieke The Odd Ones tonen drie performers met ieder een eigen fysiek en bewegingsidioom tijdens Circusstad Festival hoeveel het oplevert als mensen ondanks hun verschillen proberen samen te werken.
Bedenker en debuterend regisseur van de voorstelling is Simon Granit Ossoinak, afkomstig uit Stockholm en in 2022 afgestudeerd aan Codarts Circus Arts. Ossoinak werd geselecteerd voor Circunstruction, het residentieprogramma van Circusstad Festival waarmee de stap tussen academie en werkveld voor opkomend talent gemakkelijker wordt gemaakt. Onder meer Sinking Sideways, Harvey Cobb (winnaar BNG Bank Circusprijs 2022) en Knot on Hands (winnaars van diezelfde prijs in 2019) gingen hem voor.
Met zijn gespierde lijf en springerige haar is Ossoinak één bonk energieke beweegdrift. Zo iemand die duizend malle loopjes weet, die springt en koprolt gewoon omdat-ie blij is en voor wie haasje-over niet hoog genoeg kan. Samen met de afwachtende, verlegen slungel Cristian Boscheri en de kleine, sierlijk-lenige Stasy Terehhova bevolkt hij de dansvloer. Boscheri houdt zijn energie bij zich, door steeds zijn ogen af te wenden, zijn schouders naar voren te rollen en de vingers van zijn ene hand vast te houden met zijn andere. Terehhova is open in haar blik en lenigheid; ze rolt en draait en strekt zich voorover en achterover om Boscheri te bereiken en Ossoinak bij te houden.
Waar de drie aanvankelijk de vloer steeds los van elkaar betreden om daarna opgelucht in de coulissen te verdwijnen, ontdekken ze elkaar gaandeweg en proberen ze de anderen te betrekken bij hun eigen bewegingen. Samen kom je verder, ook al is het spannend om elkaar op te zoeken. Zonder woorden, maar met gebaren en voordoen, tasten ze af en laten ze blijken dat ze contact willen. Zo vormen ze staand achter elkaar een rijtje van klein naar groot en buigen ze voorwaarts en achterwaarts. Of maken ze een stapeling van menselijke kikkers. Ossoinak probeert mee te doen met het threading-achtige idioom dat Boscheri voorzichtig inzet. Wanneer hij op zijn beurt zijn net ontdekte verlegen vriend wil uitdagen met enthousiaste sprongen, blijkt dat nog teveel gevraagd. Gefrustreerd stuiven de twee uiteen. Hun lijven schokken zichtbaar na van de spanning; de een woest en wild, de ander tollend en draaiend op één arm als een windmolen met spichtig ingetrokken benen en de blik naar binnen.
Maar gaandeweg ontstaat op de afwisselende soundtrack van Stijn van Strien een modus waarin de drie een gezamenlijke vorm vinden die elementen van breaking, circusdans en hedendaagse dans in zich heeft. De buigbaarheid van Terehhova vormt de lijm tussen het gedreven krachtwerk en het in zichzelf gekeerde draaien.
Hierbij is het mooi dat de drie niet streven naar een vloeiende, virtuoze mengvorm, maar dat deze gedeelde dans soms met horten en stoten tot stand komt. Circusdans, breaking, hedendaagse dans: de vormen zijn net anders, ritme en flow voelen anders, maar kracht, evenwicht en lenigheid hebben alle dansers nodig. Er valt iemand uit de sequentie, om later toch weer aan te sluiten; iemand is moe en heeft wat extra ondersteuning nodig; iemand zet zich zo enthousiast in dat de formatie breekt. En toch is het hún mix, de taal die nodig is om met deze mensen op dit moment te communiceren. De taal die ze zelf hebben gevonden.
Foto: Benedikt Löffler