Steeds minder acteurs zijn in vaste dienst bij een theatergezelschap. Volgens een onderzoek van Trouw zijn er dat nog maar 50. Als Toneelgroep De Appel straks geen subsidie meer krijgt, loopt dat aantal zelfs terug naar 43. Uit het onderzoek van Trouw blijkt dat vijf gezelschappen nog vaste acteurs in dienst hebben. Dat zijn het […]
Na twintig jaar van alles te hebben ondernomen om in Amsterdam een centrum voor de dans van de grond te krijgen, lijken de inspanningen voor zo’n Danshuis nu toch tevergeefs geweest. Dansmakers Amsterdam heeft besloten zich terug te trekken, omdat het zich niet binnen de gestelde termijn kan committeren aan de financiële risico’s die deelname aan het Danshuis met zich mee zou brengen.
Nadat eerdere locaties onhaalbaar bleken, verstrekte het College van B&W in het voorjaar van 2011 een opdracht aan het Danshuis om een haalbaarheidsonderzoek uit te voeren naar de mogelijkheid om een betaalbaar danshuis te vestigen in een bestaand gebouw, op het voormalig Storkterrein in Amsterdam-Noord. Dit haalbaarheidsonderzoek is in 2012 aan de Gemeente Amsterdam gepresenteerd.
De beoogde partners van het Danshuis – ICKamsterdam, de Henny Jurriëns Stichting en Dansmakers Amsterdam – hebben in de afgelopen vijf maanden onder leiding van de Stichting Beheer Danshuis Amsterdam geprobeerd het gebruik en de financiering van het studiocomplex met kantoorruimten en publieksfuncties te realiseren. Met het oogmerk het Danshuis in januari 2015 van start te laten gaan.
De gesprekken tussen de beoogde partners konden echter niet tot een positief resultaat worden geleid. Het bundelen van Amsterdamse dansinitiatieven bleek een stap te ver. Dansmakers Amsterdam heeft daarom de conclusie getrokken dat binnen de gestelde financiële kaders niet tot ondertekening kon worden overgegaan, waardoor aan de gemeente Amsterdam geen getekende huurovereenkomst kan worden overlegd.
Nu een van de belangrijkste partners zich terugtrekt, heeft de stichting de opdracht moeten teruggeven aan de gemeente Amsterdam, waarmee danshuisproject onverwacht op het laatste moment is mislukt. Ruud Nederveen, voorzitter van de Stichting Danshuis Amsterdam, betreurt de gang van zaken. ‘De Amsterdamse danssector zou door gezamenlijk gebruik van voorzieningen binnen het Danshuis een broodnodige efficiency- en professionaliseringsslag hebben kunnen maken. Het is teleurstellend dat dit niet is gelukt. Zeker omdat dit ten koste gaat van de freelancers die juist vanuit een danshuis de kans krijgen om bij te dragen aan de vernieuwende ontwikkelingen die Amsterdamse dans internationaal op de kaart kunnen blijven zetten.’
De achterblijvende partners, ICKamsterdam en de Henny Jurriëns Stichting, die trainingsfaciliteiten verzorgt voor professionele dansers en freelance dansmakers, willen de uitgangspunten voor een Danshuis alsnog gezamenlijk proberen te verwezenlijken. Ze hopen daarmee de huidige versnippering in de stad en de uittocht van talentvolle dansers en makers uit de stad verder te voorkomen. Beide partners zijn ervan overtuigd dat onderlinge samenwerking en synergie het platform van de hedendaagse dans versterkt en nieuwe impulsen aan de dans zal geven.
Foto: LÖHMANN’S Architecture