Het Holland Dance Festival heeft sinds 2009 het Talent on the Move-programma, waarin de Rotterdamse Codarts Dance Company in een substantiële showcase ditmaal dertig van hun danstalenten presenteert in choreografieën van deels gevestigde en deels aanstormende choreografen. (meer…)
Het knettert weer bij de Volksbühne, het Berlijnse theater dat een lange crisis had na een wisseling van artistieke directie. Dit dankzij choreograaf en theatermaker Florentina Holzinger. Haar nieuwste productie Ophelia’s Got Talent is een acrobatisch waterballet dat geen grenzen kent. Het tweeënhalf uur durende non-conformistische spektakel zit boordevol verwijzingen, maar in die waterval aan beelden gaat ook de urgentie kopje onder.
Na omzwervingen van Amsterdam tot Wenen, heeft de Oostenrijkse choreograaf Florentina Holzinger haar basis gevonden in Berlijn; bij de Volksbühne van René Pollesch. Na een aantal turbulente jaren hervond het theater aan de Rosa-Luxemburg-Platz zichzelf, al is er is nog steeds veel kritiek op het belegen programma. Met de komst van Holzinger lijkt dat tij te keren. Ik zie Ophelia’s Got Talent een half jaar na de seizoensopening en de uitverkochte zaal zit vol exentrieke jongeren. Het siddert. De voorstelling is een hit, lovend ontvangen door de Duitse pers en geselecteerd voor Theatertreffen, waar jaarlijks de beste Duitse producties een plek krijgen. Die erkenning was er al in 2020 toen ook TANZ werd geselecteerd, de eerste grote zaal productie van Holzinger. Ophelia’s Got Talent is de derde op rij.
Een ‘all feminine’ cast, het naakte lichaam in al zijn facetten, verwijzingen naar dansgeschiedenis en popcultuur en confronterende ‘torture acts’; de vaste ingrediënten van Holzingers signatuur zijn er natuurlijk al langer. In de grote producties kwam daar een nieuwe vaste waarde bij; gemotoriseerde ‘man’s toys’. Standaard is inmiddels ook de aanwezigheid van de camera, die kleine handelingen zichtbaar maakt op twee schermen aan weerszijden van het toneel. Op die schermen start de voorstelling met een shot vanuit een helikopter, waarin Captain Hook – master of ceremony – zich meldt. Niet veel later komt de piraat (opnieuw een leidende rol van Annina Machaz) achterlangs het theater binnen gestrompeld; gouden tanden, een slordige pluizige baard, tricorne en onder de wijde, witte blouse natuurlijk compleet naakt.
Net als in Holzingers vorige productie vervolgt de voorstelling met een portie toegankelijke showbizz. Was dat in A Divine Comedy een hypnoseshow, ditmaal is het – de titel verklapt het al – een talentenjacht. Als drie juryleden zich op de bühne hebben gesetteld, volgen de acts; van een wonderschone paaldans – het prachtige hoogteballet van paaldanseres Sophie Duncan keert vaker terug in de voorstelling – tot hoogstandjes met piercings waarbij je liefst je ogen sluit.
Wanneer een Houdini-act in een klein waterbassin mislukt, is het tijd voor een complete ombouw. Wat een slimme overgang! Met een paar ingrepen en een uitermate komische tapdans-act van Saioa Alvarez Ruiz – die sowieso de show steelt van de avond – belanden we in deel 2 van Ophelia’s Got Talent, waarin een compleet zwembad met vier banen het middelpunt vormt. Op de stoel van de badmeester leidt Renée Compraij (al sinds lang vaste kern van Team Holzinger) haar discipelen in de filosofie achter het gegeven ‘water’. De wat schoolse poging tot diepgang zit vol ironie en legt een lijntje naar latere (spiegel)beelden in het stuk.
Daarna gaat de voorstelling los en wisselen de beelden zich in een hoger tempo af; alle associaties met water krijgen een plek en de voorstelling gaat daarbij dwars door alle culturele referenties heen, van vissers tot waternimfen, van Narcissus tot Schubert. Ophelia’s Got Talent is behoorlijk compleet, te compleet eigenlijk – want soms raak je echt wel even de draad kwijt. Wat wordt hier nu verteld? Ophelia, Lorelei, Leda, Melusine…..; videoprojecties met teksten houden ons enigszins bij de feministische les. Literaire referenties zoals naar ‘Der Taucher’ (de duiker) van Schiller – waarschijnlijk het aandeel van de Volksbühne dramaturg – maken dat het toch al gelaagde werk van Holzinger flink over de oevers loopt. De waterval aan beelden ontbeert houvast. Bovendien kent de voorstelling ditmaal geen verbindende rol zoals die van Beatriz Cordua in de vorige twee producties, alleen showmaster Captain Hook kan de zeilen bijzetten.
In deel drie tovert scenograaf Nikola Knežević een levensgroot aquarium tevoorschijn met daarin een camera, zodat we de zwemmende onderwaternimfen niet alleen van bovenaf maar ook in het water kunnen gadeslaan. Een nieuwe laag ontstaat, wanneer enkele persoonlijke bekentenissen van performers (Holzinger incluis) ruimte krijgen Ze worden ook in beelden omgezet. De all-inclusive cast tenslotte is compleet als Captain Hook een bende jonge meiden mobiliseert.Vanuit de publiekstribune bestormen ze het podium en vormen ze de jonge schaduw van de cast. Symbolisch is de scène waarin zij de volwassenen een spiegel voorhouden en de camera vervolgens het beeld vangt. Venus voor de spiegel; Hoe kunnen we afrekenen met het schoonheidsideaal? Wel, als het aan de bende van Holzinger ligt, lukt dat wel. Die maakt van elke mannenfantasie sowieso gehakt, liefst in de vorm van een even weergaloze als sarcastische revue-act. Tot bloedens toe als het moet.
Wat rest is de spetterende finale, die dat nog maar eens bevestigt. Na een stormachtige wervelwind wordt het mannenspeeltje – u raadt het; de helikopter – veroverd met ongekende seksuele drive. De vrouwenpower van team Holzinger is dan een voldongen feit; een definitieve afrekening met de seksloze meerminnenstaart.
De voorstelling is een coproductie met onder andere Theater Rotterdam en is 27 en 28 september 2023 daar te zien.
Foto: Gordon Welters