Here We Live and Now geeft choreografietalent uit Den Haag een kans om nieuw werk te maken en presenteren. Dat klinkt nogal plaatselijk, zeker voor een zo internationale kunst als de dans, maar vooruit, elk initiatief dat talent steunt is er een. Korzo en het Nederlands Dans Theater maken samen de selectie: Zahira Suliman, Antonin Rioche en Wubkje Kuindersma. Helaas ging de bijdrage van de laatste niet door. (meer…)
Here We Live and Now is een terugkerende productie van Korzo en het Nederlands Dans Theater waarin elk jaar drie belovende choreografen worden uitgenodigd om in één maand tijd een nieuwe, korte voorstelling te maken. Dit jaar zijn het de eigentijdse dansmakers Spencer Dickhaus, Paxton Ricketts en Faizah Grootens die werk maken over existentiële levensvraagstukken.
Voor zijn choreografie Recess hoopt Spencer Dickhaus dat het publiek zich kan verbinden met een beeld, een muzikaal moment of een herinnering aan een overgangsfase in het leven waarbij ongemak werd gevoeld. In het programmaboek staat dat hij onconventioneel wil spelen met genres, vervormde tijdsbegrippen en de emoties die naar boven komen door levensveranderingen.
Het publiek loopt binnen en een naakte man (Guido Dulith) staat met zijn voorkant tegen de achtermuur aan. Een andere man (Paxton Ricketts) zet wat dingen klaar op het podium alsof hij een theatertechnicus is. Er staat een tweetal lichtpanelen rechts op toneel, een stuk of vijf bakstenen op een klein stapeltje daarvoor en er liggen wat kledingstukken in het midden van de vloer, die Dulith even later worstelend op de grond liggend aantrekt.
Het begin van de voorstelling wordt volledig rood belicht. Dulith buigt zijn bovenlichaam naar voren en rent naakt over het podium op neoclassicistische klinkende muziek. Maar het duurt maar even voordat hij zijn kleding aantrekt. Het stuk geeft vervreemdende effecten die worden aangezet, maar nog dieper mogen worden opgezocht. Er wordt een keer met een baksteen gesmeten, die neerkomt maar dan geen harde knal maakt, dus deze bleek van lichter materiaal gemaakt te zijn. Het is jammer dat er niet meer shock is. Meer ongemak. Meer schaamte.
Het stuk zou over ongemak gaan uit levensveranderingen. Je hoopt dat dit ook gevoeld gaat worden door het publiek, dat de dansers hun gekte gaan opzoeken of nog meer de vervorming induiken. Een voorstelling met een interessant uitgangspunt dat naar meer smaakt.
Live! Not To Be Missed. Touring Regionally is een solovoorstelling van Paxton Ricketts, met als inspiratiebron Dolly Parton, waarbij Keren Leiman de rol van een zangeres speelt – die eigenlijk niet zingt, maar wel mooie donkerrode nagels heeft, een subtiele Dolly-referentie.
Bij aanvang staat Leiman in de zogenaamde coulissen zich op te warmen voor haar optreden. We horen Dolly Partons stem die tegen haar publiek praat. Leiman playbackt de wereldberoemde stem. Het gaat over het liedje ‘Jolene’. Leiman laat een microfoon vanuit het midden van het hoge plafond zakken. Ze loopt er heen. De muziek stopt. Geen ‘Jolene’.
‘I’ve been around for a long time’, zegt Leiman, waarna ze haar hoofd en bovenlijf in circulaire motie om de microfoon heen beweegt. Ze zegt, zoals zangers dat doen, ‘The next song is about…’ en vertelt dan waar het nummer over gaat, maar in plaats van te zingen buigt ze haar knieën en glijdt ze over de grond. Het is al snel duidelijk dat Leiman een ‘renaissance’ performer is die kan acteren, een goede stem heeft en ook nog een fantastische moderne danseres is.
De danser doet veel contemporary floorwork en beweegt vloeiend over het toneel als druipende honing. Op haar buik liggend zwiept ze in ronde bewegingen haar armen rond. Het opstaan en neergaan gebeurt op moeiteloze wijze. Daar staat echt iemand op toneel die weet wat ze doet. Met techniek. Met présence. Het werk is haar zo eigen dat het bijna voelt dat deze voorstelling door Leiman zelf is gemaakt.
En dan komt ‘Jolene’ toch nog, maar met een vervormde stem die op een mannenstem lijkt. Leiman geeft de microfoon een zwiep waardoor die aan de slingerende kabel bijna tegen de muren opvliegt. Wanneer de microfoon weer lager bij de grond slingert, beweegt de danser over de vloer, dichtbij de microfoon, en probeert af en toe iets te zeggen. Het is niet duidelijk waar het over gaat, maar de content van de tekst is niet het belangrijkste. Het gaat om de uitvoering. Het worden meegezogen in haar spel. Daar waar zij is, zijn wij. De microfoon maakt een knalletje op de grond. Als laatste deel ontstaat er een ASMR-moment. Ze trekt haar rode plaknagels van haar vingers af voor de op de grond liggende microfoon. Het kraakt. Eén voor één.
Dolly vertelt ons, beschrijft Ricketts in het programma, dat er simpliciteit kan bestaan in een wereld vol moeilijke dingen. Een schone, warme, zachte wereld van herinnering. Een wereld die allicht nooit heeft bestaan. Dolly is alles. En niets. Dat is de thematiek van Ricketts en Leimans voorstelling. En dat is te voelen. Leiman is alles en niets. Mooi en lelijk. Groot en klein. Live! Not to Be Missed. Touring Regionally is een gecompliceerd uitgevoerd filosofisch vraagstuk dat ‘niet over Dolly Parton gaat.’Â
Faizah Grootens presenteert Tanten bo ‘taki, Papiaments voor ‘While you’re here’, een gevoelige performance in co-creatie met en uitgevoerd door dansers Justin Brown en Evelien Jansen. Deze mensen hebben een vaardigheid ontwikkeld waarbij ze niet alleen fysieke dans uitstekend uit kunnen voeren, maar ook zo aanwezig zijn in hun lichaam en in hun energie dat je alleen naar hen wil kijken.
Terwijl het publiek binnenkomt, lopen Brown en Jansen zij aan zij in geometrische patronen over de dansvloer. Met een hand voor de borst gekruist en de schouders die van voor naar achteren bewegen. De dansers bewegen in perfecte synchroniciteit. Een mooi opvallend element is dat ze een kostuum aan hebben – wat weinig gebeurt in de danswereld dat maar graag ‘dagelijkse kleding’ aantrekt. Het zijn bruin – bijna kopergoud – gekleurde zijden pyjama-achtige pakken die elegant om hun lichaam heen vallen.
De muzikale compositie (van Michael Lampe), de dans en de kostuums lopen feilloos samen. Er ontstaat bijna een soort trance. Wanneer Brown uit de belichting stapt en weg van Jansen, is het onmiddellijk voelbaar dat een ketting is doorbroken. Het raakt emotioneel. De wens ontstaat dat ze zo snel mogelijk weer bij elkaar komen. Gelukkig benadert Jansen Brown uiteindelijk weer en maakt haar ademhaling en beweging gelijk aan de zijne. Een utopische energie wordt voelbaar door hun zachtheid. Ze zijn weer een eenheid en we kunnen weer ademhalen.
De dansers zijn energetisch op elkaar ingespeeld, als één organisme. Ze bewegen samen, ademen samen. De geometrische looplijnen worden als bewegingsvocabulaire ingezet. Ze verplaatsen zich in verschillende choreografische secties als eenheid over het podium. Vaak met herhaling dat zich van klein naar groot uitbreidt, zoals een armdraai die na een aantal keren een grote zwiep wordt. Zo organisch en in zulke verbondenheid dat ze het fysieke menszijn lijken te overstijgen. De choreografie is prachtig en het doet het geen dienst om daar een paar visuele elementen van te beschrijven. Het geheel moet beleefd worden. Een utopische ervaring.
Als er een nieuwe definitie zou worden gegeven aan hedendaagse moderne dans, dan zou de titel Tanten bo ‘taki eronder moeten staan.
Foto Tanten bo ‘taki: Sjoerd Derine