De Spaanse choreograaf Gustavo Ramírez Sansano brengt een artistiek saluut aan zijn cultureel erfgoed. Hij baseert zijn Carmen.maquia op de beroemde opera van Bizet, maar kiest voor modern ballet met invloeden van flamenco en paso doble, met een onverwachte afloop.

Het is te begrijpen dat Carmen onderdeel is van Ramírez Sansano’s culturele identiteit, maar waarom nóg een versie nadat er al zoveel zijn gemaakt? De choreograaf vertelt in het programmaboek dat hij een Carmen wilde maken zonder de Spaanse clichés, zoals de rode kleur, de stippen en de castagnetten. Dat is ook de reden waarom hij voor een zwart-witdecor en -kostuums koos, om als het ware een ‘leeg tekenvel’ te bieden waarop hij het liefdesverhaal van Carmen en Don José kon afschilderen. Verrassend genoeg heeft hij daadwerkelijk een unieke versie gebracht.

In het ballet van Ramírez Sansano wordt Bizets Carmen Suite ingezet, maar ook een instrumentale versie van Pablo de Sarasate, Carmen Fantasy Op. 25. De operazang wordt geheel weggelaten. Een mooie keuze. Daardoor komt er meer ruimte om de dans zelf te laten spreken, met een aantal geslaagde komische momenten waarbij dansers op slapstickachtige wijze verdwijnen of verschijnen. De dansende ‘uitspatter’ is de charismatische Alberto Tardanico, die geloofwaardig Don José speelt en met verve het verhaal draagt. De andere productie-elementen doen zeker niet onder aan de dans en dragen juist bij aan het gehele esthetische plaatje, zeker door middel van het op Pablo Picasso geïnspireerde decor van Luis Crespo. Ramírez Sansano’s voorstelling is in principe in alle facetten mooi: muziek, dans, kostuums en decor.

Het originele verhaal speelt zich af in de oude stad Sevilla, de hoofdstad van de Zuid-Spaanse regio Andalusië. Soldaat Don José wordt verliefd op het populaire meisje Carmen. Wanneer ze in een gevecht raakt met andere meisjes en de gevangenis in moet, weet Carmen Don José zo te bespelen dat hij haar vrijlaat, waarop hij zelf de gevangenis in wordt gestuurd. Na zijn gevangenschap moet hij afreizen naar het platteland om daar om zijn moeders dood te rouwen. Bij zijn terugkomst naar de stad is Carmen met stierenvechter Escamillo getrouwd. Don José voelt diepe jaloezie en verdriet. Hij probeert Carmen te overtuigen haar echtgenoot te verlaten, maar ze beantwoordt Don José’s liefde niet en hij ontneemt haar het leven.

Het wordt vaak een verhaal over een gepassioneerde liefde genoemd, maar eigenlijk gaat het in origine over machtsmisbruik en geweld tegen een vrouw die nee zegt tegen een man die haar wil. De vraag die bij me oprees voorafgaand aan de voorstelling was dan ook hoe er nog een voorstelling kan worden gemaakt over moord door een (ex-)partner? Femicide komt gemiddeld elke acht dagen in Nederland voor, dus het is nogal ongepast – al helemaal voor een familievoorstelling – om dat zonder context nog ‘tentoon te stellen’. Ramírez Sansano weet dit hele vraagstuk echter te ontlopen door het einde aan te passen. Carmen komt hier heel anders aan haar einde en het narcisme ligt meer bij de ongeïnteresseerde stierenvechter Escamillo dan bij soldaat Don José. Escamillo, gedanst door Federico Tosello, lijkt alleen maar te denken aan zijn eigen ‘show’ door steeds met veel bravoure in half ontbloot bovenlijf te verschijnen. De liefde en passie tussen Don José en Carmen daarentegen spat er af, elke keer dat ze elkaar zien.

Maar hoe is Carmen nu overleden? En wie is nu de bad guy? Chapeau om aan een traditioneel, weinig verrassend plot alsnog een andere wending te geven.

Foto: Hans Gerritsen

Credits

Carmen.maquia – Introdans
choreografie Gustavo Ramírez Sansano 10 dec 2022 gedanst door Brooke Newman (Carmen), Alberto Tardanico (Don José), Federico Tosello (Escamillo), Vérine Bouwman (Micaela), Ruben Ameling, Giuseppe Calabrese, Salvatore Castelli, Mark van Drunick, Yuma Funai, Grace Humphris, Hayden Idrus, Merel Janssen, Juliette Jean, Jillis Roshanali, Elisa Rudolf, Vincenzo Turiano, Angelica Villalon, Léa Visser, Ángela Waidele Lluch