Als we nadenken over de mogelijke grenzen van onszelf, in hoeverre zijn we dan gebonden aan de dimensies van het lichaam? Zijn de plekken die wij thuis noemen niet ook een extensie van onszelf en in hoeverre drukt dit zich uit? Wat betekent het om langs deze lens te reflecteren op de meervoudigheid die in een individu schuilgaat en hoe verken je de mogelijkheden van deze vervlechting?

Een kalmte valt over het publiek in het Haagse Korzo Theater, wanneer we een adem door de zaal horen trekken. Het podiumbeeld doet rommelig aan met twee bontgekleurde sculpturale textielwerken van Belgisch mode-kunstenaar Tom van der Borght, die als wolken in de ruimte aan kabels hangen. Erachter een mobiel van immense proporties. Twee geruiste trussen waaraan onder andere twee ventilatoren, een metalen gootsteen en andere niet te duiden objecten hangen. Waar we precies naar kijken is onduidelijk, maar het lijkt de ruimte zelf te zijn die hier ademt.

Met dit beeld opent Genevieve Murphy haar voorstelling At The Spot Where I Find Myself. Een voorstelling die poogt de liminale ruimte tussen de lichamen die we bewonen te verkennen in een multidisciplinaire kakafonie van elektronische compositie, spel en zang. De lichamen in dit geval, het appartement dat we met haar binnenstappen en haar eigen.

Zo begint ze, kruipend over het podium, een lange lijst huishoudelijke taken af te gaan als ware het de handelingen die nodig zijn om jezelf te reinigen. Een klok tikt terwijl ze dit thuis en, zich kerend naar de tribune, het publiek verwelkomt. Hiermee breekt ze de ruimte open. Niet alleen zijn wij hier toeschouwers, wij zijn de stille deelnemers aan de aftasting van dit grensgebied.

In rap opeenvolgende scènes zien we hoe Murphy in constante transformatie stem geeft aan de objecten waarmee ze omringd is en aan zichzelf. Of zijn de objecten die ze op deze manier animeert, haarzelf? Zo wordt de eerste textielwolk een bank (gevonden in een tweedehandswinkel) waarin ze verzwolgen wordt en die begint te spreken. De stem spreekt over versmelting met het object. Zingt vervolgens een ietwat expliciet poppy song over de grenzen van het zelf, waarna de grote mobiel op de achtergrond ogenschijnlijk uit zichzelf lijkt te bewegen. De ventilatoren springen aan en het geheel produceert het schurende geklingel van metaal op metaal. Een windgong van huiselijke objecten. Het dagelijkse geluid uit eender welke keuken wellicht.

Met slim gebruik van licht bewegen we gestaag langs verschillende plekken in het appartement. Zo worden we deelgenoot van de mens in haar ontwapende staat. Zoals wij allemaal wellicht wanneer we in de veiligheid van ons thuis verkeren. Het meest wordt dit duidelijk als Murphy ons vraagt ‘Can I make more noise?’, om vervolgens haar broek omlaag te trekken en in een metalen buis te urineren. Of wanneer ze zich ontkleedt voor een douchescène, geïllustreerd door naar beneden dwarrelende bubbels die in het fuchsia licht zelfs de sensuele verhouding tussen lichaam en object poogt uit te drukken.

At The Spot Where I Find Myself is een ambitieuze poging om de dynamische relatie tussen onszelf en de ruimtes die wij de onze noemen te expliciteren, maar schiet in die ambitie door naar illustratieve gestes. De stukken spoken word ontstijgen zelden het niveau van rijmende expositie en slaan daarmee de vragen die de performance oproepen plat. Veel sterker is het fysieke spel. Dat in het vermogen de abstractie van de initiële vraagstellingen te spiegelen een luid en duidelijke worsteling tonen met het mogelijke antwoord.

Het sterkst zijn de incidentele poëtische frasen die ze af en toe door de ruimte doet rondklinken. Zinnen die aandoen als steeds weer het begin of het einde van een nieuw hoofdstuk. Zinnen die ons hardop doen afvragen wie wij zijn in dit gemeenschappelijke scenario, zoals ‘Everyday this home soaks in my state’ of ‘Have I arrived now? Can I breathe with this space now?’. Er is een ontwapenende kwaliteit aan deze momenten die contrasterend tot de meer performatieve gebaren een zelfbewustzijn lijken te vangen.

At The Spot Where I Find Myself voelt als een meanderen langs een aantal zeer uitdagende vragen, zeker met de lockdowns en andere bewegingsbeperkingen van de afgelopen paar jaar nog vers in het geheugen. Genevieve Murphy is een toegewijd performer waardoor de dramaturgische wankelingen met spelplezier worden toegedekt. Wie met vragen de voorstelling aanving, zal met dezelfde vragen en wellicht enkele meer achterblijven en die meezeulen terug naar daar waar zij zelf vervlochten zijn.

Foto: Isabelle Renate la Poutré

Credits

At The Spot Where I Find Myself – Rizoom
muziek en performance Genevieve Murphy kledingontwerp Tom van der Borght dramaturgie Nienke Scholts, Constantina Georgelou regie Peter Leung techniek Manuel Boutreur