Zes acrobaten van een leeftijd die (ver) boven hun normaal geachte podiumleeftijdsgrens ligt, tonen hun kunsten, laten zien wat ze (nog) kunnen. De vaak geuite verwonderende vraag bij vertoning van acrobatische kunsten ‘hoe kunnen ze het toch?’ schuift nu naar de even retorische vraag ‘Hoe kunnen ze het nog?’ (meer…)
Zolang we blijven ademen, is er hoop. Mensen zingen, mensen dansen, mensen spelen. Op het ritme van hun ademen. Adem verbindt mensen, laat mensen rouwen om wat verloren is, brengt mensen tot leven. In de voorstelling Chaïm (Hebreeuws voor leven) laten twee vrouwen en een kind hun kwetsbaarheid zien, ze blijven overeind, ze vertederen, ze leven.
THERE THERE Company (Hanna Mampuys en Toon Van Gramberen) combineert dans en acrobatische circuskunsten tot een poëtisch geheel. Dat zagen we al in hun vorige producties, en nu voegen ze er pure, klassieke zang aan toe.
Een zomers gekleed meisje (in de voorstelling die ik zag was dat Ran Couvreur) zit in een serre, verkent met een smartphone de planten, en die beelden zie je geprojecteerd op een groot scherm. Ze gaat langzaam naar buiten, filmt zichzelf, ontdekt de aarde voor haar voeten, de aarde die het hele podium bedekt.
Een vrouw (mezzosopraan Fran Van Lysebettens), ook zomers gekleed, treedt naar voren, zingt a capella. Het meisje neemt haar in het vizier. Een andere vrouw (acrobate Maria Madeira) zit wat verder van hun af, bekijkt hen, en langzaam komt ze recht, beweegt dansant over de aarde. Zang en dans, met af en toe wat acrobatie, wisselen elkaar af.
Zangeres en danseres komen steeds meer, in een aangename traagheid, tot elkaar. Ze ademen, kort, lang, diep, in, uit, stokkend, langzaam. Adem is leven. De zangeres nodigt met haar gezang, haar speelse variaties in stem, timbre en ritme, de danseres uit tot bewegen. Op haar beurt zet de danseres de zangeres aan tot beweging. Het meisje volgt de twee op afstand, komt dichterbij, ze beweegt mee, zingt soms wat klanken, raapt aarde van de grond, voelt die in haar handen, strooit ze uit.
Dankzij de belichting geeft dat mooie beelden. Naast lucht en aarde is er ook het vuur. Het cameraatje wordt voor een spot gelegd, en de projectie plaatst de performers in groot zon-licht. Het is een zoeken naar nieuw evenwicht, naar contact wat er nog niet was, naar een (nieuw) leven. Fragmenten uit op zang gezette gedichten van onder anderen Eduard Mörike (‘Verborgenheit’) en Rainer Maria Rilke (‘Atmen du Unsichtbares Gedicht’) volgen elkaar op. Het meisje plaagt de danseres, en vooral de zangeres. Ze klimt tegen haar aan, hangt aan haar been, snoert letterlijk haar mond, het tafereel is blijmoedig vertederend.
In deze circustheatervoorstelling primeert niet de virtuositeit die bij andere artiesten spectaculair en groots kan zijn, nee, integendeel, hier raakt de subtiliteit de toeschouwer. Als kijker ga je mee in het ritme van de ademhaling van de performers, je ademt gelijk.
De drie naderen elkaar, de zangeres danst lichtjes mee, de danseres zingt klanken mee, het meisje beweegt vooral mee. Ze vertrouwt de volwassenen volledig, ze laat zich vallen, weet dat ze opgevangen wordt, ze daagt speels uit. Langzaamaan treedt zij meer naar voren, volgt de anderen nog wel, maar geeft steeds meer de richting aan. Ze maakt haar radslagen, haar handstanden, haar salto’s alleen, de danseres en zangeres verlaten langzaam het podium. Regen, het water, het vierde levenselement, valt op de serre, het meisje laaft zich eraan.
Met Chaïm brengt THERE THERE Company een productie die in al zijn eenvoud en puurheid dans, acrobatie, zang, speelsheid én het ademen esthetisch en bij wijlen ontroerend verbindt.
Foto: Bart Grietens