De financiële schade door de coronacrisis is enorm, en het einde is nog niet in zicht. Wat zijn de verhalen achter de cijfers? Theaterkrant gaat in gesprek met zzp’ers uit de theatersector. Waar doen ze het van? Hebben ze nog werk en inkomen? En hoe gaan zij om met de onzekerheid die de coronacrisis brengt? Deze keer: cabaretier Anne Neuteboom. (meer…)
De financiële schade door de coronacrisis is enorm, en het einde is nog niet in zicht. Wat zijn de verhalen achter de cijfers? Theaterkrant gaat in gesprek met zzp’ers uit de theatersector. Waar doen ze het van? Hebben ze nog werk en inkomen? En hoe gaan zij om met de onzekerheid die de coronacrisis brengt? Deze keer: violist Agnieszka Papierska.
Papierska studeerde eerst in Polen, en daarna aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Voor de eerste lockdown had ze genoeg projecten. Ze was optimistisch over haar toekomst in de muziekwereld en wist al wat haar plannen waren voor maart en april 2021. Die zijn allemaal geannuleerd.
Sinds maart 2020 maakt ze gebruik van de TOZO. Twee maanden kon ze zonder, met enkele optredens die doorgingen en een baan naast haar muziek. Het feit dat ze bovenop de TOZO niets mag bijverdienen, maakt het moeilijk voor haar om gemotiveerd te blijven en rond te komen. ‘In juli verdiende ik 600 euro met freelance-opdrachten. Daardoor ontving ik maar 400 euro uit de TOZO. Maar die maand moest ik ook verzekering voor mijn instrument betalen.’ Oftewel: Papierska kan, doordat ze niets bovenop de TOZO mag verdienen, haar vaste lasten net betalen.
Omdat ze freelancer is, had ze een buffer opgebouwd waarmee ze zichzelf kon veroorloven om drie tot vijf maanden niet te werken. ‘Dat is niet genoeg. Daarom besloot ik afgelopen zomer om geld te lenen via de gemeente. Ik dacht dat als ik in november, december, januari en februari kon werken, ik dat weer af kon betalen. Maar uiteindelijk heb ik alleen in december een paar optredens gehad. Ik heb nog steeds wat geld van de lening, maar dat is niet mijn geld, en ik moet het uiteindelijk terugbetalen.’
December en maart zijn voor Papierska de hoogtijmaanden, waarin ze een groot deel van haar inkomen voor de rest van het jaar verdient. Dit jaar ziet ze beide maanden aan haar neus voorbijgaan, waardoor ze ook geen buffer op kan bouwen voor maanden waarin er traditioneel gezien minder werk is.
Papierska heeft nog wel een bijbaan bij een callcenter, waar ze in haar moedertaal – het Pools – werkt. Maar door corona viel ook daar werk weg, en kan ze er momenteel maar twee uur per maand terecht. ‘Het is wel fijn om toch die twee uur te kunnen werken, en ik hoop dat ik weer meer uren kan maken wanneer er een groter project is.’
In 2020 is ze ongeveer 12.000 euro misgelopen vanwege geannuleerde projecten. Ook het call centre annuleerde twee projecten. Daarnaast zijn er nog de gemiste inkomsten uit projecten die normaal gesproken gepland zouden zijn, maar nu niet eens zijn opgestart vanwege de coronacrisis.
Voorlopig komt ze rond van de TOZO. ‘Ik woon op mezelf. Ik heb een goedkoop appartement, eet goedkoop, dus op die manier red ik het. Maar ik steun ook graag mijn moeder in Polen financieel, ik betaal al drie jaar het eten voor haar dieren. En dit is de tijd van het jaar waarin ik belasting moet betalen, en in juni moet ik opnieuw de verzekering voor mijn instrument betalen. Ook gaat mijn broer trouwen. Ik wil hem natuurlijk iets geven, een mooie jurk kopen voor het feest. Er komen dus extra kosten aan.’
‘Ik ben nooit rijk geweest, maar ik kon kopen wat ik nodig had. Nu moet ik mijn financiële situatie plannen, dat is moeilijk omdat ik niet weet hoelang er nog financiële steun is en hoe lang deze situatie nog duurt. De TOZO loopt tot en met juni. Ik denk dat veel muzikanten in juli en augustus gedwongen worden om een andere baan te zoeken.’ In de zomermaanden is er vanwege het einde van het seizoen weinig werk, en vanwege de TOZO en het verbod op bijverdienen hebben freelancers niet kunnen sparen.
Zelf overweegt Papierska ook om iets anders te gaan doen. ‘Ik wil niet te vroeg stoppen met muziek, maar ik wil ook niet samen met het schip ten onder gaan. Ik overweeg om terug te gaan naar Polen, om daar een stabiele baan te zoeken. Ik wil het niet, maar mentaal gezien heb ik die stabiliteit nodig. Ik kan dan ook bij mijn familie zijn. In september had ik een aanbod voor een baan in Polen. Die heb ik toen afgeslagen, omdat er hier nog optredens stonden gepland. Nu zie ik dat er de komende maanden niet veel gaat gebeuren op muziekgebied in Nederland. Dus misschien probeer ik die baan in Polen wel voor een jaar, in de hoop dat ik daarna terug kan keren naar Nederland om weer in de muziek te werken.’
‘Muzikanten hebben een hele specifieke opleiding genoten. Een stabiele baan buiten de muziek vinden is daarom lastig. Ook de moeilijke banenmarkt helpt niet mee. Omscholen is een optie, maar ook dat kost geld. Ik hoop dat het ons wordt toegestaan om te werken en bij te verdienen naast de TOZO, zodat we kunnen opbouwen wat we verloren hebben. Maar dat gaat waarschijnlijk niet gebeuren, de regels voor financiële steun worden juist strenger.’
Werk verloren? Ja, bijna alle optredens in 2020 en de eerste helft van 2021.
Inkomsten verloren? Ja, over 2020 ongeveer 12.000 euro.
Uitkering? Ja, de TOZO.
Foto: Juan Jose Molero Ramos