‘Run away, turn away, run away, turn away’ en ‘The love that you need will never be found at home’: twee regels uit de grootse song ‘Smalltown Boy’ (1984) van Bronski Beat die de Duitse regisseur en theatermaker Falk Richter inspireerden tot Small Town Boy uit 2014. (meer…)
De twee heldhaftige zusters Ruth en Eileen vertrekken vanuit het grote niets van het Amerikaanse westen naar de grote stad, New York. Het is 1935. Ze komen terecht in Greenwich Village, destijds het Montmarte van de stad. Ruth heeft literaire ambities, Eileen wil actrice worden. Dat is nog het minste: beroemd worden, New York veroveren, dat is hun ultieme wens. De musical Wonderful Town (1953) van componist Leonard Bernstein, naar het toneelscript van Joseph A. Fields en Jerome Chodorov, speelt prachtig met dit zo Amerikaanse gegeven. De première vond plaats op Broadway, vier jaar voor Bernsteins befaamde en vooral hardere toneelmusical West Side Story.
De Nederlandse Reisopera, het Orkest van het Oosten en Het Gelders Orkest geven een concertante uitvoering van de musical, van de hand van Kim Criswell. Hiermee vieren de beide orkesten dat ze vanaf 1 september zijn samengevoegd tot één orkest. Een concertante versie stelt hoge eisen aan het publiek: er wordt wel geacteerd, zij het minimaal, maar niet in een decor maar in een orkestzaal. In dat opzicht is de uitvoering niet spectaculair. Misschien juist daarom verdient deze Wonderful Town lof. Dirigent Wayne Marshall zet zijn grote orkest knap in, meteen al bij het begin. De strijkers vloeien prachtig, de kopersectie is overtuigend aanwezig en geeft de juiste jazzy klanken die later nog indringender zullen worden, met schitterende klarinetklanken en fijne partijen voor onder meer saxofoons en trombone.
Om de handeling in het juiste perspectief te plaatsen treedt een verteller op, gespeeld door Guido Spek. Op losse, innemende manier neemt hij de luisteraar mee door het verhaal van Ruth en Eileen, gezongen door mezzosopraan Esther Maas en sopraan Laetitia Gerards. Zij brengen tal bekende en minder bekende songs, zoals het weergaloze ‘Ohio’ met het klankrijke refrein ‘Why, o why, why Ohio?’ over de wanhoopsvraag waarom ze toch vertrokken uit Ohio, hun dromen achterna. Maar wat biedt New York? Ze betrekken een kelderappartement waar ze gekweld worden door buren, vroegere bewoners en vooral dynamietkabaal van een metrolijn in aanleg. Dit alles is in deze uitvoering weggelaten.
Het verhaal spitst zich toe op de spannende overlevingsstrijd van Ruth en Eileen. Ze vinden eerst tegenstanders op hun weg, onder wie uitgever Robert Baker (Allen Boxer) die niets ziet in Ruths schrijfsels maar halverwege tot inzicht komt: ze krijgt de opdracht voor een stadsmagazine een groep Braziliaanse matrozen te interviewen. Maar hun dans, de Conga, overweldigt haar en ze laat zich door de zeelieden meeslepen. Ondertussen boekt Eileen succes bij de jazzclub de Village Vortex. Beide zangeressen brengen hier hun lied ‘Wrong Note Rag’. De beeldschone Eileen weet iedereen voor zich te winnen, wat Ruth weer inspireert tot het verrukkelijk jaloerse lied ‘One Hundred Easy Ways to Lose a Man’.
Esther Maas en Laetitia Gerard vormen het juiste contrastrijke duo qua karakter en uitstraling. De mezzo van Maas is met haar New York accent verrassend authentiek. In vergelijking hiermee is de sopraan van Gerards betrekkelijk zacht en vloeiend. Dat maakt de talrijke songs tot fraai samenspel, waaronder het lyrische ‘It’s Love’. Met deze concertante uitvoering van de musicalklassieker Wonderful Town hebben de beide orkesten en de Nederlandse Reisopera de concertante uitvoeringspraktijk een eer bewezen. En dirigent Marshall weet samen met de zangers het juiste jazzgevoel over te dragen. Sommige toeschouwers missen waarschijnlijk de échte musicalsfeer. Dat is begrijpelijk. Maar orkest, Esther Maas en Laetitia Gerards maken veel goed: we worden ook aangesproken op ons inbeeldingsvermogen.
Foto: René Knoop
Gisteren het concert gezien in De Spiegel in Zwolle. Wat een feestje was dat. De rest van het publiek was het daar volledig mee eens gezien het lange en uitbundige applaus.
Wat een concertante versie van een musical als deze zo fijn maakt is dat de geweldige (soms complexe) jazzy muziek van Bernstein volledig tot z’n recht komt en maar zelden door zo’n groots orkest gespeeld wordt met zo’n kwaliteit.
De blazers zoals trombones hebben in vele klassieke en hedendaagse muziekstukken vaak een ondersteunende functie, maar in deze musical komen ze volledig tot hun recht in prachtige solo’s, naast de klarinet en trompet.
Ook de kwaliteit en het plezier van het koor en de gehele cast maakt dit tot een feestje!
Op naar de volgende concertante!