Het is een relatief kleine groep toeschouwers, die zich op zondagavond heeft verzameld in sporthal De Maaspoort in Den Bosch. Wanneer de publieksbegeleider ons voorgaat door de kleedkamergangen, drommen we dan ook samen als één groep. De wandelgangen zijn schaars verlicht, net als de grote gymzaal waarin we uiteindelijk uitkomen. (meer…)
Alan Lucien Øyen geldt als een van de wonderboys van de hedendaagse dans. De Noor danste bij prominente gezelschappen (Carte Blanche, Amanda K. Miller), werd al snel choreograaf en was de eerste die na de dood van Pina Bausch in het verweesde heiligdom Tanztheater Wuppertal aan het werk mocht. Hij maakte Story, story, die met zijn eigen groep Winter guests. Die voorstelling opende Julidans 2019.
Please. Watch Me. Want Me. Hug Me. Hold Me. Hurt Me. Hate Me. Help Me. Remember Me. Call Me. Find Me. Fuck Me. Follow Me. Fake Me. Like Me. Love Me. Love Me. Love Me. Love Me. Love Me…
De tekst die de programmaflyer laat begeleiden, is van een welsprekendheid die je zelden ziet in danstoelichtingen. Alan Lucien Øyen maakt een dansvoorstelling over onze behoefte aan liefde en waardering, aangejaagd door de sociale media. Die hebben niet alleen een diepmenselijke behoefte voor een podium gecreëerd, ze lijken bijna een nieuwe mensensoort te hebben voortgebracht. De herhaling van Me met een hoofdletter wijst tegelijk op narcisme en op een wanhopige behoefte. Op die poten bouwt Øyen zijn voorstelling.
Een man in berenpak zoekt contact met een van die onzekere en hunkerende zieltjes. De ontmoeting lijkt eerst volgens de regels van de sociale media te verlopen, met wederzijdse waardering en complimenten. Dan valt de beer plotseling uit met gemene, vijandige opmerkingen. Om daarna weer poeslief te doen en dan plotseling weer uit te vallen. Virtueel contact is door de grilligheid allesbehalve onschuldig en ongevaarlijk. Zij laat de slachtoffers achter in diepe onzekerheid.
Voor pessimisten was ‘Life is hard and then you die’ vroeger een adequate samenvatting van het leven. Øyen zet daar ‘Story, story, die’ tegenover. Met de verhalen die we elkaar voorafgaand aan de dood vertellen willen we ons zo gunstig mogelijk presenteren. Dat is ook wat de dansers doen: ze modelleren en presenteren zich. Hun bewegingen zijn breed en theatraal, hun draaien zijn woest en indrukwekkend.
Waarschuwingen over de risico’s van sociale media en het alledaags narcisme dat die stimuleren zijn natuurlijk niet nieuw, maar het bijzondere van Story, story, die is dat dat gebeurt in een dansvoorstelling. Wel een heel theatrale. Øyen (1978) groeide op in Bergen, waar hij door zijn vader werd ondergedompeld in theater. Het theatertje in de Noorse havenstad werd ooit opgezet door niemand minder dan Henrik Ibsen, die in zijn toneelstukken veel sociale kwesties aankaartte. Øyen ging in het theater de kant van de dans op, maar gebruikt die ook om zijn licht te werpen op menselijke problemen.
Ook in dans kun je verhalen vertellen over de worsteling van de mens. Øyen heeft daarvoor een eigen soort gebarentaal ontwikkeld, die de dansers razendsnel en uitstekend getimed laten zien bij de teksten die door de geluidsinstallatie klinken. Over vlinders bijvoorbeeld, die gepimpte verschijningsvorm van iets nietigs als een rups. Alles is leuk zolang we kleurig fladderen. Als het misgaat en iemand om hulp roept, zijn die contacten en felbegeerde likes ineens niks meer waard.
Die aanpak vraagt om een bijzonder soort danser. Olivia Aconca, Zander Constant, Mai Lisa Guinoo, Pascal Marty, Lee Yuan Tu, Tom Weinberger en Cheng An Wu zijn niet alleen geweldige bewegers, ze kunnen ook nog praten en acteren. Die kwaliteiten worden wel vaker van dansers gevraagd, maar zelden pakt dat zo goed uit als hier.
In Story, story, die is veel te beleven. Øyen vertelt zijn verhaal met humor, maar uiteindelijk is het beeld pessimistisch. Het is genant hoe ver mensen gaan om elkaars waardering af te smeken, en hoeveel menselijk leed dat kan veroorzaken. De geest van Ibsen heeft een sterke pleitbezorger gevonden.
Foto: Mats Bäcker
Het ’theatertje’ in Bergen, Den Nationale Scene, telt drie zalen (450 + 250 + 90 stoelen), 150 medewerkers en een ensemble van 40 (!) acteurs in vaste dienst.