Het is een krachttoer: maken dat je in één voorstelling Nietzsche begrijpt – of zijn denken, tenminste – én begrijpt dat de man onredelijk was, geniaal maar grotesk, begaafd maar verworden, onmenselijk kortom. I-(m)mens is dan ook de gepaste titel van het stuk: niet-menselijk zoals in i-(r)rationeel, en tegelijk immens van ‘groots’. Want Nietzsches denken is ontzaglijk, en Vincent van der Valk vertolkt hem magistraal in deze muziektheatersolo. (meer…)
Wat kunnen theatermakers soms toch vreselijk naïef zijn. Neem nu de mensen van het Antwerpse gezelschap Post uit Hessdalen. Die werden gevraagd om voor Oerol een voorstelling te ontwikkelen en wat doen ze? Ze gaan op het strand bij de Noordzee een voorstelling maken over ‘de sensatie van het turen naar de horizon’.
Post uit Hessdalen koos het thema omdat de meeste mensen gevangen zitten tussen het beton van de stad en veel te veel tijd doorbrengen met het turen naar het piepkleine beeldscherm van hun smartphone. Ze zijn het kijken verleerd. Maar laat dat nu juist een van de redenen zijn dat Oerol zo’n populair festival is! Al die duizenden bezoekers reizen jaarlijks naar Terschelling af om daar, los van het theater, de muziek en het zuipen, te genieten van de rust en de ruimte. Om een wandeling te maken langs de blanke top der duinen of, zonder dat er ook maar één theatermaker aan te pas komt, eindeloos over de zee te turen. Alleen met zijn of haar eigen gedachten.
Voor Post uit Hessdalen is dat niet genoeg. In de voorstelling 15.419 ft willen ze dat benoemen. Met teksten als ‘Achter me de winkels, de kantoren, de drukte. Voor me het veelbelovend niets’. Het effect is bijkans tegengesteld aan hetgeen er beoogd wordt. Als een van de beide actrices/muzikantes haar lange voettocht over het strand doet, de verte tegemoet, begroet ze in navolging van stadgenoot Paul van Ostaijen de dingen. ‘Dag vogel, dag boot, dag zand.’ Hou je mond, denk je onwillekeurig. De zon schijnt genadeloos op je blote huid, je tenen spelen met het mulle zand, je staart in de verte. Zo is het goed. Daar hoeft geen ‘ontwrichting van de perceptie’ aan toegevoegd te worden. En al helemaal niet op deze manier.
Want, helemaal in de geest van de voorstelling, gebeurt er bijna niets. Twee mannen halen een eindeloos lang touw binnen, misschien wel met de lengte waarnaar in de titel verwezen wordt: de afstand tot de horizon. Er is een minimale compositie voor twee blazers, er wordt naar de horizon gelopen, er wordt in de verte op een gong geslagen. Omdat we de beweging van dat slaan eerder zien dan het voortgebrachte geluid ervan horen, wordt zelfs dat gerekend tot een bijzondere sensatie. Alsof we niet weten dat de snelheid van het licht groter is dan die van het geluid.
Nee, overbodiger kan theater haast niet zijn.
Geachte Luuk, verdorie toch, ik ben het absoluut niet eens met uw recensie.
Ik kom van de stad, leef tussen het beton. Tijdens Oerol proefde ik de noordzee, juttersbitter en osseworst. Ik liet het zand met mijn tenen spelen en de wind met mijn stedelijke zijstreep.
En, hopla, daarbovenop kreeg ik een poëtisch cadeautje van Post uit Hessdalen.
Ik zag een gevecht met zwaar zand, weerbarstig touw en wegvliegende klanken van koper en stem. En dan komt daar zo’n koddig marsmannetje vol prottende toeters aangesloft. Al die moeite, voor hém! Een amechtige held van achter de horizon. Waar een meisje naar op zoek ging, en er fier mee terugrijdt. Een geweldige, dappere machine van Geert Jonkers. Mijn glimlach werd alleen maar breder, mijn dankbaarheid voor zoveel Jommekespret nog groter.
Tuurlijk wou ik meer muziek, en een doorgecomponeerd meesterwerk. Daarvoor ga ik wel in mijn betonnen stad naar de opera. Maar dit is gekanteld naar een performance vol radicaal geduld en detail.
Dit had ik nooit op mezelf kunnen vinden, daar op het strand, meneer de recensent. Daarvoor had ik hén nodig, deze dappere makers.
En nodig, dat is het tegenovergestelde van overbodig.
Hartelijk,
Peter.
Het waren fantastische dagen op Terschelling, genoten van verschillende voorstellingen. Helaas niet van Post uit Hessdalen, het leek een ‘Klikbeetmoment’. Ik vond er echt niets aan en voelde me teleurgesteld na afloop. Er liepen veel mensen voortijdig weg…