Welke rol kan, moet en wil het theater spelen in onze 21e eeuwse samenleving? Dat is de centrale vraag van Nieuwe Grond, het ‘doe- en denkplatform’ op het Nederlands Theater Festival, samengesteld door theatermaker en journalist Anoek Nuyens. Masterstudenten Dramaturgie van de Universiteit van Amsterdam doen verslag.
Bente van Arkel ging naar de eerste bijeenkomst: Impact/Schimpact:
Na de voorstelling Zohre, een Afghaans Nederlandse soap van Marjolijn van Heemstra vult de theaterzaal van Theater Bellevue zich opnieuw met toeschouwers. Dat gebeurt opvallend verspreid; stoelen tussen personen zijn leeg en een aantal lege rijen creëren een pluche gapend gat. Microfoons worden onnodig verklaard en moderator Michiel Bakker vraagt ons om dichterbij te komen zitten; belooft dit een impactvolle avond te zijn?
Impact/Schimpact is de eerste avond van Nieuwe Grond op het Nederlands Theater Festival. De uitgenodigde sprekers: theatermaker en schrijfster Marjolijn van Heemstra, haar medespeler Zohre Norouzi, impactproducer Matthea de Jong en theatermaker Bright Richards. De vraag van dit samenkomen: Kun je theater inzetten als middel voor verandering?
Aan de hand van de voorstelling Zohre, een Afghaans Nederlandse soap wordt er gesproken over de zogenoemde impact van theater. De voorstelling stelt de Afghaanse vluchteling Zohre tegenover en naast de Nederlandse Marjolijn. Ze doen verslag van hun vriendschap vanaf het moment dat Zohre bij Marjolijn aanbelt met de vraag of ze mag blijven slapen. Het is een gesprek en presentatie van de verwachtingen en moeilijkheden van het opbouwen van een nieuw leven in het systematische Nederland. Hun persoonlijke verhaal wordt vervlochten met een Afghaanse soap waarin het leven alsmaar stil lijkt te staan en de dagen en dus afleveringen voorbij kabbelen.
Rondom de voorstelling bestaat het verdiepingsprogramma ‘Operatie Zohre’, waarin offline ontmoetingen en online vlogs onderzoeken hoe vluchtelingen een plek kunnen krijgen in de maatschappij. Impactproducer De Jong benoemt het verlangen dat zij samen met van Heemstra had om het verhaal van Zohre Norouzi groter te maken. In korte vlogs brachten ze struikelpunten van Norouzi’s leven rondom de belasting, rijbewijs, inburgeringscursus etc. in kaart. Via deze weg konden gelijkgestemden antwoorden en herkenning vinden in deze systeemwereld. Een inburgeringscursus, 10 – 15.000 euro weg. Je weet meer over kaas, gefeliciteerd. Twee oudere mensen, die deze avond toeschouwer zijn, mompelen een paar woorden als ‘belachelijk’ en ‘tjeetje’. Ook ik word geraakt door de bizarre regelgeving waarmee een vluchteling in aanraking komt. Tegelijkertijd ben ik mij ontzettend bewust van het constante onderscheid tussen ‘de vluchteling’ en ‘Nederland’ dat wordt gemaakt. Is de eerste impact in deze zaal met het oproepen van een vraag en gevoel al volbracht?
Er wordt gevraagd naar de impact en betekenis van dit project. Norouzi wordt aangekeken. Het verhaal van de voorstelling betreft Norouzi’s leven, maar heeft tegelijkertijd impact op haar huidige bestaan. Norouzi kreeg haar podium, mede dankzij het vertrouwen dat Van Heemstra in haar toonde. ‘Zij heeft iets in mij gezien’, zegt Norouzi enthousiast. Theatermaker Richards, die in de jaren ’90 gevlucht is uit Liberia, beschrijft dat een vluchteling zich in een wachtstand gaat bevinden door de overlading aan regels in Nederland. Er wordt besproken hoe Zohre de wachtstand van zowel vluchteling Norouzi als van de beleidsmakers in de overheid wilde doorbreken. Norouzi kreeg een baan in het theater door haar verhaal te mogen vertellen. Er werd gespeeld voor een zaal vol beleidsmakers, die in ieder geval vijf kwartier hun mond hielden en luisterden. Er heerste hoop dat een aantal toeschouwers harder zou gaan lopen, voorbij hun beperkte functiebeschrijving. Uiteindelijk werd een van hen inderdaad geraakt, liep harder en belde Norouzi om haar een baan aan te bieden als adviseur binnen het vluchtelingenbeleid. ‘Ik ben nu dus deskundige’, aldus Norouzi.
Richards benadrukt de urgentie van mensen die een vluchteling op weg helpen in het sociale systeem. Hijzelf kwam op de toneelschool in aanraking met emoties ‘en dus met de samenleving’. ‘Een acteur die de Louis d´Or prijs wil winnen met het spreken van de zin ‘Te zijn of niet te zijn’, moet oefenen. Een vluchteling ook; oefenen te acteren in het sociale systeem.’
Theater is volgens Richards in zijn land van herkomst, Liberia, iets wat je doet; het betreft een actie, een stem. ‘Je bent een gevreesde kunstenaar, je bent de stem van het volk.’ Kan het Nederlandse theater bevreesd worden door de stem van het volk te zijn? Vanuit een theaterruimte met een zaal vol beleidsmakers, die je ‘als mens moet aanspreken waardoor je ruimte geeft om ook menselijker te handelen’, zoals Van Heemstra aangeeft. Of juist Richards die de bedrijven induikt om via theater en taal als wapen hen te raken en te bewegen om tot actie te komen en de vluchtelingensituatie te verbeteren.
Om theater de stem van het volk te laten zijn en haar impact ruimte te geven, is het, zoals Van Heemstra benoemt, tevens belangrijk om te denken in lange lijnen. De voorstelling is namelijk na die ene avond voorbij, maar de facebookpagina en vlogs met hun eigen verzameling toeschouwers bestaan nog online. Zowel De Jong als Van Heemstra benadrukken hoeveel hulp ‘Operatie Zohre’ heeft geboden aan onder andere vluchtelingen in Nederland. Deze voorstelling had niet zoveel publiek bereikt als er geen randprogramma was gemaakt. Dit maakt mij nieuwsgierig naar de vraag of theater dan zonder de randvoorwaarden haar impact niet voldoende zichtbaar kan maken om van waarde te zijn voor de gehele buitenwereld. Of is het wat het is als de voorstelling een versterking is; de eerste aanraking voordat de impact zijn werk kan doen? Volgens Richards kan een toeschouwer tot actie komen zodra deze geraakt is. Tijdens het gesprek van deze avond lijkt het theater op een lijn terecht te komen tussen haar eigen verantwoordelijkheden en die van de ander waar tevens het gebied ligt van de impact.
Is impact een man uit het publiek die de volgende dag 70 jaar wordt en trots is op wat in het huidige theater gebeurt? Is impact een vluchteling die de gemiddelde tijd van 17 jaar inburgering zal volbrengen als ‘vluchteling’, maar in ieder geval een baan heeft? Moeten we naar Richards luisteren en de overheid helpen om van het torentje af te komen? En zou dat kunnen vanuit de theaterzaal en zonder vlogs? Of krijgen, zoals een toeschouwer als metafoor opgooide, vluchtelingen een voetbalshirt aan met hun BSN-nummer die mede dankzij theater net zo op waarde worden behandeld als een Van Persie? Is impact inderdaad een schim, zoals de titel van het programma suggereert, of liet deze avond een mist achter om van daaruit het uitzicht van de sterren te ontdekken vanaf het dak van Zohre in Alphen aan den Rijn?
Een avond die vele vragen oproept over de verhouding tussen ik en de ander. De verhouding tussen theater en de systeemrijke overheid, die niet geheel harmonieus zal worden, maar waarbij verantwoordelijkheid oproepen een reden kan worden om te doen. Deze voorstelling en de vele voorstellingen die volgen zullen niets volledig oplossen. Maar laat deze avond aansporen tot actie. Ga niet alleen ronddwalen in je eigen woestijn. Ontmoet de ander als ‘ook gewoon een mens’, stel vragen en fixeer niet teveel op verandering. Door te oefenen in de wereld, kun je geraakt worden en doen.
Tekst: Bente van Arkel. Foto Zohre: Wikke van Houwelingen