Minder producties, meer geld voor jeugdpodiumkunsten en festivals en een vervroegde aanvraagtermijn. Dat zijn de belangrijkste punten voor de podiumkunsten uit de uitgangspuntenbrief die staatssecretaris Uslu (D66) van cultuur vandaag naar de Tweede Kamer stuurde in de aanloop naar de subsidieperiode 2025-2028. De culturele basisinfrastructuur (BIS) blijft zoals verwacht ongewijzigd. (meer…)
Uit de vandaag op Prinsjesdag gepresenteerde rijksbegroting voor 2018 blijkt dat er geen geld is vrijgemaakt voor het ondersteunen van de zogenaamde ‘zaaglijninstellingen’. Dit zijn theater- en dansgroepen zoals Afslag Eindhoven, Toneelschap Beumer & Drost, Dood Paard, Urland, Suburbia, Rast en Maatschappij Discordia, AYA, DOX en Korzo die van het Fonds Podiumkunsten vorig jaar een positieve beoordeling kregen, maar waarvoor geen geld was.
Via een voorstel van de oppositie en de PvdA werd in november 2016 eenmalig 10 miljoen euro gevonden, waarvan het grootste deel werd gebruikt om deze groepen in ieder geval één jaar te subsidiëren. De verwachting daarbij was het nieuwe kabinet een keuze zou maken om deze regeling al dan niet voort te zetten, maar omdat dat nieuwe kabinet er nog niet is “blijkt dat dit issue politiek gezien niet groot genoeg is om behoorlijk te regelen”, aldus de NAPK in een reactie. “De huidige gang van zaken neigt naar willekeur. Wij eisen duidelijkheid en een langetermijn visie. En zolang die er niet is, héél snel een oplossing voor 2018.”
Zie ook: Opinie: Laat de zaaglijninstellingen niet aan hun lot over
En ook: Manifest: Behoud bewezen kwaliteit in de podiumkunsten!
foto: Onder het Melkwoud van Afslag Eindhoven, Moon Saris
De neoliberale dictatuur draait iedereen de nek om die creatief is en in tegenstellingen denkt. Het neoliberalisme gaat enkel over rendement en resultaat en is ‘geschichtslos en gesichtslos’. Het wordt hoogste tijd dat de kunstwereld wakker wordt en zich gezamenlijk gaat organiseren tegen de schandalige kaalslag van het neoliberalisme. De huidige regering is een product van deze gevaarlijke ideologie. Maar de kunstenwereld is al lang ook doordrongen van deze ideologie, dit totalitaire gedachtegoed en het bijhorende taalgebruik. De kunstsector praat over culturele ondernemers en een creative industry enzovoorts. Het wordt hoogste tijd het monster neoliberalisme een gezicht te geven, de tegenstander zichtbaar te maken en echt beginnen te strijden, en dan niet iedereen voor zich maar ‘met’ elkaar. Het neoliberalisme heeft ons lang genoeg ’tegen’ elkaar uitgespeeld en ons tot passieve consumenten gemaakt. Al jaren lang wacht ik tevergeefs op een solidaire uiting van de grotere kunstinstellingen met het werkveld. Het gaat om mensen en historie, om kennis en expertise, die zomaar op de vuilnisbelt van het neoliberalisme worden gegooid. Alle fusies zijn ook het resultaat van neoliberaal denken. De jongst fusie van TGA en de SSBA is ook zo’n voorbeeld ervan. We krijgen van ze steeds meer betekenisloos entertainment (Spiessertheater!) voorgeschoteld en gezelschappen die zich als bedrijven manifesteren, ten koste van inhoud en engagement. De top is in elke opzicht op zijn minst medeplichtig aan de negatieve ontwikkeling, want men omhelst het neoliberale denken en weigert zich voor het kunstenveld te positioneren en tegengeluid te formuleren. Het zijn Ja-knikkers. Als de politiek dat van ze eist, dan gaan ze dat doen. De kunstenaar zou per definitie opstandig moeten zijn. Ja, de mens is van natuur opstandig, alleen heeft hij zich om laten kopen en door alle comfort in slaap laten zussen. Ik wordt misselijk van alle knuffel-speeches (heb moed enzovoorts), terwijl niet alleen de wereld in brand staat maar de tempel van de kunsten al bijna is afgebrand. We worden radicaal gesnoeid, en dat vraagt ook om radicale antwoorden en posities, en om de slapende kunst-massa ermee te confronteren. Het grootste deel van de kunstenwereld wordt ‘kalt gestellt’. Dat een regering en een natie niet in staat zijn om bijvoorbeeld 10 miljoen jaarlijks extra te reserveren voor zaaglijninstellingen zegt al genoeg. Mijn grote inspiratiebron, de Duitse kunstenaar en politieke activist Joseph Beuys, zei ooit: ‘Hiermit trete ich aus der Kunst aus’. Mijn voorstel is dat we met zijn allen uit de kunsten stappen, en daarmee bedoel ik niet dat we stoppen om kunst te maken, in tegendeel. Wat ik bedoel is dat we eindelijk beginnen te strijden en kleur te bekennen, en dat men gezamenlijk strijdt ‘voor iets’ in plaats van alleen en ’tegen’ iets te strijden, dat we ons ook in onze voorstellingen duidelijk positioneren en stoppen met het ‘Spiessertheater’, dat we ons niet tot knechten laten maken (want dat is wat de dictatuur van het neoliberalisme met de mens doet) maar bevrijden uit de ketenen die we ons zelf hebben opgelegd. We moeten in opstand komen. Eigenlijk al lang, en wanneer niet nu, wanneer dan wel? De kunstenwereld is een slapende reus die zich steeds meer, terwijl die slaapt, laat uitkleden en amputeren. Eigenlijk is het dus nu een naakte reus die flink verkouden is en al enkele ledematen kwijt is. Laten we zakdoekjes aan elkaar naaien en leuzen erop schrijven. In ‘mijn kunstenwereld’ is geen plek voor neoliberale gedachtes, voor mensen die zich als project beschouwen en als ondernemer aanprijzen en de ziel van de kunsten verkopen, maar voor de kunstenaar die zijn eigen systeem ontwikkelt en zich afkeert van het bestaande systeem. De theatermaker Christoph Schlingensief heeft dat succesvol gepraktiseerd. Nu de zaaglijninstellingen geen geld meer krijgen moet toch meer dan duidelijk zijn dat de reus zelfs geamputeerd is. Voor dat we het weten blijft enkel het hoofd over. En van het hoofd, van onze zogenaamde topinstellingen, valt niet veel te verwachten, zoals ook de laatste jaren schrijnend aantonen. Ze zijn zelfgenoegzaam en systeem-conform. Geschiedenis maak je door naar de geschiedenis te kijken. En we staan niet enkel op de schouders van de reus, nee, we zijn deze reus. Wanneer we zo passief en zelfgenoegzaam doorgaan, dan is het binnenkort niet alleen het einde van de geschiedenis maar ook het einde van de kunsten. Einde oefening. Exodus. Tschüss und Nimmerwiedersehen. Er is heel veel rot in het theater, en het stinkt al vreselijk. Nu op de barricades, lieve collega’s, vrienden, sympathisanten en strijders. Het gaat niet enkel om de kunst, het gaat om onze samenleving. In wat voor een maatschappij willen we leven? Laten we actief strijden en in opstand komen, en eindelijk stoppen met dat hypocriete en narcistische ‘knuffelen’ en met het omarmen van het neoliberalisme. SOMETHING IS ROTTEN IN THE STATE OF THE NETHERLANDS. WE COULD BE THE NEO-LIBERALISM KILLING ARTIST. MOEDIG VOORWAARTS!
Post scriptum: Wanneer er structureel geen geld meer is voor de zaaglijninstellingen (tja, heb ik het toch over geld!), dan komen alle fondsen nog meer onder druk te staan want daar moeten de groepen (als ze in staat zijn ondanks alle amputaties door te gaan en zich staande te houden) ook aankloppen. Er ontstaat een file.Vanwege de schaarste aan middelen zullen nog meer gezelschappen buiten de boot vallen, want de vraag is groot. Het is niet enkel belangrijk dat er een goede balans is van oud en nieuw, tussen bewezen kwaliteit en nieuw talent maar dat de gids- en leerfunctie van vele groepen herkend wordt die onder de zaaglijn terecht zijn gekomen. Laten we niet vergeten dat juist deze gezelschappen die zich al meerdere cultuurperiodes en decennia hebben bewezen, deze leer- en gidsfunctie al hebben. Ambacht, ervaring en ‘wijsheid’ zijn van onschatbare waarde voor de theatermakers van de toekomst. Het wegvallen van de zaaglijninstellingen uit de structurele subsidies zal ernstige gevolgen hebben. We moeten af van de permanente vernieuwingsdrang, van het door geld en rendement doordrongen denken maar tijd en ruimte creëren voor duurzame ontwikkeling, voor geest en intellect, voor het dialectische denken. Geld moet een middel zijn, en geen doel. Het moet sociaal verdeeld worden. Zonder structurele ondersteuning zal het voor de meeste groepen en gezelschappen heel moeilijk zijn, ja haast onmogelijk, om duurzaam te kunnen werken, vrij en zonder doel, en zich te kunnen blijven ontwikkelen. Vroeger was de raad van de ouderen veel waard, en waren de wijzen de elite. Nu lijkt het alsof de profeten niets meer waard zijn. Als dat zo is, laten wij dan strijden en vlug met zijn allen uit het neoliberale kunstbestel en systeem stappen. Laten we een ark bouwen en elk twee van een soort meenemen. De economische en neoliberale fusies laten we gerust aan land (want dat is een tweekoppig monster). De verandering moet van onderop komen. OORLOG AAN DE PALEIZEN!
Beste Florian, collega. Beiden geven we les op een opleiding die de durf had het monster van het neoliberale cultuurdenken uit zijn hol te drijven. Het in de ogen kijken, wapens en alternatieven bedenken kostte vier jaar en stormen. Maar nu dragen jij en ik bij aan een curriculum dat in elke vezel de utopie herbergt van een theaterwereld waarover jij zo hartstochtelijk schrijft. Misschien helpt het als we ‘het mogelijk zijn’ uitdragen. Zoals Anne Breure en anderen dat ook doen. Hartelijke groet en tot een volgend tegenkomen in de leslokalen van de opleiding Theatermaker- docent, Amsterdam
Beste Sonja, Ik snap niet zo goed wat jouw reactie nou precies te maken heeft met het feit dat de zaaglijninstellingen vanaf 2018 geen subsidies meer ontvangen. Daarnaast vind ik het altijd een beetje verdacht als men zegt: ‘wij doen het toch goed’. Dat klinkt verdacht naar een excuus en alsof men probeert zich in te dekken en van een verantwoordelijkheid te ontslaan. Ik denk niet dat ‘wij’ (mezelf incluis) het goed doen en ga dus uit van het tegenovergestelde: dat wij het juist niet goed doen, en ook niet goed hebben gedaan. Zolang iedereen voor zichzelf bezig is en probeert zijn eigen huid en winkel te redden gaat men ook niets ondernemen en gemeenschappelijk in opstand komen. Het trucje van het neoliberalisme is toch juist ook zijn schijnverbondenheid. Het is een leugen dat ‘wij’ op dit moment eens en verbonden met elkaar zijn. Er is namelijk verdeeldheid. Het neoliberalisme is bezig om alles te fragmenteren want dan is het controleerbaar of te zwak om zich te verweren. And the winner takes it all. ‘Wij’ hebben een wig tussen ons in laten drijven. De topinstellingen flirten niet enkel met het neoliberalisme, ze zijn helemaal doordrongen ervan. De top viert met champagne-arrangementen (bijvoorbeeld fusies) terwijl de lijst met verliezers, slachtoffers en gedupeerden steeds langer wordt. Volgens mij is de eerste stap tot een verandering dat wij stoppen met zeggen dat ‘wij het goed doen’. Nogmaals: Ik denk namelijk niet dat dat waar is. De vele speeches willen ons dat ook continu doen geloven. Maar zijn veel van degenen die een speech houden niet zelf al vervuld van neoliberale ideeën? Of zijn ze misschien zelfs handlangers van het systeem? Zijn hun woorden niet een hypocriete ‘Schmusekurs’? Wij zijn zo doordrongen van bepaalde ideeën dat we niet eens door hebben dat we ervan doordrongen zijn. Zo werkt propaganda! Juist daarom is zelfstandig en klaarlicht denken, opstandigheid en de bereidheid om risico’s te nemen essentieel. Maar in de wereld van het neoliberalisme en de cultuur van consensus zijn ‘wij’ deze vaardigheden kwijtgeraakt. ‘De almachtige markt heeft elk artistiek verzet gebroken’, aldus Dubravka Ugresic in De Groene Amsterdammer van 14 september 2017. En dat is nou precies het probleem. Alle zogenaamde succesverhalen zijn toch verschrikkelijk verdacht. Want die moeten ons nu juist doen geloven dat ‘wij het goed doen’. Dat is echter een illusie. Of een curriculum opblazen nu een opstandige daad is of ook een aanpassing aan de marktwerking moeten anderen beoordelen en zal de tijd leren. Ik denk dat we elk systeem moeten blijven wantrouwen, dus ook scholen. Laten we niet de ogen sluiten vor het feit dat het onderwijs net zo doordrongen is van het neoliberalisme als de kunstwereld. Ook dat is een belangrijke discussie. Maar laten wij die niet online voeren; ik gebruik namelijk normaliter nooit dit soort online platformen. Gezien de grote pijn die ik voel over de neoliberale kaalslag, heb ik bij wijze van uitzondering (voor het eerst) een reactie online geplaatst. Als hartenkreet. Als revolutionaire leus. Omdat het pijn doet om te zien dat (zaaglijn)instellingen uit de boot vallen. Wanneer wij nu niet wakker schrikken, wanneer dan nog wel? Pas als we echt door hebben en begrijpen dat ‘wij het niet goed doen’, kunnen wij ons van de ketenen bevrijden. GET UP, STAND UP. Met opstandige groeten, Florian