‘Grande dame’ Annet Nieuwenhuijzen is vandaag op 85-jarige leeftijd overleden.  

Nieuwenhuijzen (Utrecht, 7 november 1930) studeert eerst politieke en sociale wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam. Na een studentenvoorstelling adviseert regisseur Elise Hoomans haar om beroepsactrice te worden. Op 12 september 1953 debuteert ze bij de Haagse Comedie als Mej. Brompton in Het uur der verrukking van Anna Bonucci. Er volgen nog vele rollen. ‘Ik heb geen toneelschool, maar wel Haagse School’, zei ze in 2005 in een interview met Trouw over de eerste overvolle jaren bij de Haagsche Comedie. ‘Je moest je zo snel in alle mogelijke stukken inwerken, dat je daardoor heel veel kanten van het vak grondig leerde beheersen.’ Daarna volgen grote rollen bij onder meer Het Rotterdams Toneel, Globe en het Publiekstheater.

De actrice ontving twee keer de Theo d’Or, in 1965 voor haar rollen in Op blote voeten in het park en Rouw past Elektra, en in 1975 voor De goede mens van Sezuan. In 1980 gaf Caro van Eyck postuum de Theo Mann-Bouwmeester-ring aan haar door, voor ‘haar zuivere benadering van haar personages zowel in het klassieke als in het moderne repertoire’. In 1994 gaf Nieuwenhuijzen op haar beurt de ring door aan Anne Wil Blankers.

Behalve toneel, speelde en zong Nieuwenhuijzen niet onverdienstelijk in musical- en cabaretvoorstellingen, onder meer met Eric Schneider in de musical Ja ik wil. Op tv was ze te zien in series als Oud Geld (1998 en 1999) en Keyzer & De Boer Advocaten (2006 en 2007). In 1989 kreeg zij een Gouden Kalf voor haar rol van onderduikmoeder Riet in de verfilming van Leedvermaak.