Blazers klinken, lampen flitsen en de sliertjes van Tina’s gouden glitterjurkje zwieren razendsnel heen en weer. In het Beatrix Theater zingt Nyassa Alberta als Tina Turner de hit ‘Proud Mary’, en de zaal gaat los. (meer…)
Eerst was er de roman van Tessa de Loo, die las als een filmscript en al snel een bestseller werd. Tien jaar later kwam er een film, die het boek vrijwel in tact liet en een Oscarnominatie verdiende. Nu, ruim twintig jaar later, gaat De tweeling als musical in première. De basis vormt een briljant script, dat een oprechte musical oplevert zonder effectbejag.
Frank Ketelaar en Kees Prins, die samen met regisseur Ruut Weissman eerder succesvol waren met Hij gelooft in mij, zijn verantwoordelijk voor dat script. Zij tonen hun vakmanschap met een radicale aanpak, die elementen uit het boek plukt, rangschikt en personages samenvoegt. Zo ontstaat een nieuwe vertelling met een beperkt aantal karakters, die tegelijkertijd de aard en zeggingskracht van het boek verbluffend goed intact laat.
Voor wie het verhaal niet kent: De tweeling gaat over de Duitse zusjes Anna en Lotte, die na het overlijden van hun vader, op jonge leeftijd uit elkaar worden gehaald en geen contact met elkaar mogen hebben. Lotte verhuist naar haar welgestelde oom en tante in Nederland en wordt zangeres. De ongeletterde Anna blijft in Duitsland achter op de boerderij van oom Heinrich, waar ze van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat werken moet. Lotte krijgt verkering met een Joodse jongen, Anna trouwt met een SS-soldaat. Als de zussen na jaren herenigd worden, staat de oorlog wederzijds begrip in de weg en blijken begrippen als goed en fout genuanceerder te liggen.
Ketelaar en Prins situeren de musical net na de Tweede Wereldoorlog, als de tweeling midden twintig is. Centraal staat een ontmoeting die in het boek nauwelijks opvalt en maar enkele pagina’s in beslag neemt: in 1945 bezoekt Anna haar zus Lotte, die – net zoals veel Nederlanders – niets van haar moet weten. Anna is immers Duitse en weduwe van een SS’er. In de musical wordt Anna als ze in Nederland arriveert, opgepakt omdat ze Duitse is. Ze dreigt gefusilleerd te worden en roept de hulp in van Lotte, die haar zusje ontkent.
Via organische flashbacks, waarbij het lichtontwerp van Marc Heinz en de fraaie projecties van Tom Schenk een belangrijke rol spelen, wordt het verleden van Lotte en Anna getoond. In die scènes duiken steeds twee jonge meisjes in identieke kleding op, die de tweeling vertolken in hun onbezorgde kindertijd. Ze zingen liedjes, spelen met blokken. Altijd samen, een gedeeld verleden.
Niet alleen het script getuigt van lef. De tweeling wordt gedragen door twee jonge, relatief onbekende actrices. Hanna van Vliet (Anna) en Rosa da Silva (Lotte) blijken een schot in de roos. Ze geven de zusjes overtuigend en genuanceerd gestalte. Samen hebben ze een sprankelende chemie en hun heldere zangstemmen kleuren mooi bij elkaar. Ook alle bijrollen worden prima vervuld, waarbij vooral William Spaaij’s charismatische David de vraag oproept wanneer de musicalartiest weer eens in een hoofdrol te zien zal zijn. Het ensemble overtuigt in de meerstemmige koren en de militaristische choreografieën van Pim Veulings.
En dan de muziek. Ilse de Lange en JB Meijers componeerden niet eerder voor musical en schreven voor het eerst teksten in het Nederlands. Daarbij worden ze geassisteerd door Daniël Lohues. Hun hand is duidelijk herkenbaar. De welluidende songs zijn gevarieerd en gaan van de bekende countrypop naar wals en jazz. De teksten raken soms aan het verhaal, maar overstijgen vaak de anekdote. Wat een succesmusical als Soldaat van Oranje niet lukt, krijgen de componisten hier wel voor elkaar. Met het krachtige ‘Niemand weet wat er komt’ schreven ze een toekomstige musicalklassieker die uren na afloop nog in je hoofd rondzingt.
Ruut Weissmans regie is gespeend van effectbejag en staat in dienst van het verhaal. Indringend, maar nergens sentimenteel. Samen met choreograaf Pim Veulings ensceneerde hij een aantal ijzersterke beelden (Bernd op het slagveld, Davids arrestatie), die je naar de keel grijpen.
De tweeling is een glorieuze musical gemaakt door een excellent creatief team en een voortreffelijke cast. Een oprechte voorstelling die zowel hart als hoofd raakt. Want dat is uiteindelijk de kern van boek en voorstelling: een pleidooi voor begrip en verdraagzaamheid. Mensen zijn vaak niet goed of fout. Eerder naïef of te druk met de strijd om het dagelijks bestaan om een groter, boosaardig geheel te overzien. Het excessief machtsmisbruik dat de musical toont zijn daar de gevolgen van.
De voorstelling begint met een citaat van Abel J. Herzberg, waarin hij stelt dat als kennis uit het verleden inzicht geeft in waar mensen toe in staat zijn, er veel gewonnen is. Recente bestormingen en aanvallen op vluchtelingenopvangcentra doen wat dat betreft het ergste vrezen. Alleen daarom al moet De tweeling gezien worden.
Foto: Roy Beusker
Deze voorstelling heb ik twee keer gezien en er waren verschillende momenten dat ik bijna moest huilen. Ook was ik al onder de indruk van het boek en de film. Dit verhaal is zeker in deze tijd relevant. In het verleden lagen de dingen al genuanceerder dan “slachtoffers” en “daders” en dat is nu nog steeds zo. Ook nu blijkt dat er nog altijd begrip en verdraagzaamheid tekort komen. Daarom is het zo belangrijk dat verhalen als deze vertelt blijven worden in welke vorm dan ook.