‘Waarom mot je nou een week op trainingskamp? Jullie kenne toch al voetballen? Of motten ze het nog leren?’ Danny, de vrouw van Johan Cruijff, zint het niet dat haar man weer weg moet. Ze heeft niets met voetballen. Fijn dat er zoveel geld binnenkomt, zeker in Barcelona, maar ze is het zat om haar man met de rest van de wereld te moeten delen. (meer…)
De composities van Stephen Sondheim staan te boek als materiaal voor fijnproevers, voor liefhebbers van musicals die bereid zijn een extra ommetje te maken om door te dringen tot de essentie van zijn werk. Zijn liedjes zijn vaak razend gecompliceerd, dan wel door het krankzinnig hoge tempo waarin de liedjes gezongen moeten worden dan wel door de plotse verandering in toonhoogte of melodielijn. En dan hebben we het nog niet eens gehad over zijn teksten die ware hoogstandjes van taalkunst zijn.
Het mag dan ook geen wonder heten dat zijn gigantische oeuvre slechts één bekend nummer heeft opgeleverd: het door Frank Sinatra tot wereldhit gezongen Send in the clowns. Aan het overige werk wil het grote publiek niet. Althans, het Nederlandse.
Wat brengt iemand (in dit geval klassiek zangeres Esther Maas) er dan toe om een heel programma te willen brengen met 34 van zijn liedjes? Het antwoord op de vraag kan alleen maar zijn: liefde. Liefde voor de ingenieuze muzikale bouwsels van Sondheim, voor zijn doorwrochte composities.
Voor haar project werd een achtkoppig ensemble samengesteld die vijf zingende acteurs moest gaan begeleiden. ‘Verteller’ Paul Groot, Porgy Franssen en Esther Maas zelf als ouder echtpaar, en Brigitte Heitzer en Matthias Quadekker als jonger stel.
De liedjes zijn zodanig gekozen en gerangschikt dat ze een min of meer coherent verband vormen zodat ze een verhaal kunnen vertellen over uitgebluste liefde en wraak, wellust en misverstand. Maar dat verhaaltje is slechts een dun kapstokje. Waar het om gaat zijn de liedjes an sich. Daar moest zo weinig mogelijk aan toegevoegd worden opdat ze in al hun glorie konden stralen.
Dus bestaat het toneelbeeld uit slechts een lange tafel met vijf stoelen. Die soberheid in regie en vormgeving is zowel de kracht als de zwakte van Putting it together. Om met de zwakte te beginnen: met zoveel nadruk op het muzikale valt het extra op dat Franssen geen groot zanger is. Hij lijkt zich sowieso niet helemaal op zijn gemak te voelen in deze context, getuige zijn consequente wegkijken en wat houterige motoriek. De soberheid doet ook niet genoeg recht aan het vileine karakter van veel van de liedjes. Het blijft allemaal net iets teveel in het keurige.
Maar wat staat daar veel moois tegenover! De grootste verrassing is wat mij betreft Paul Groot die niet alleen een geweldig acteur blijkt (dat wisten we al) maar ook een begaafd zanger. En ook Brigitte Heitzer is een genot om te zien en te horen. Met het strakke orkest onder leiding van Jeroen Sleyfer als stevige basis wordt Sondheim alle eer aangedaan. Zo moet Maas het voor zich hebben gezien toen ze aan deze tour de force begon.
Maar zoals ik hierboven reeds constateerde: het grote publiek wil er niet aan. In een land dat toch behoorlijk musicalgek is wist Putting it together in Drachten slechts enkele tientallen bezoekers te trekken. Met een flinke tournee nog in het verschiet valt het te hopen dat deze opkomst niet illustratief is.
Foto: Oski Collado