Een opvallende trend in theaterland: terwijl deze maanden in het fictieve provinciedorpje Langwetering de plannen voor een klimaatneutraal woonproject in de lokale recreatieplas de gemoederen hoog doen oplopen (in de voorstelling Laagland van Het Nationale Theater), komen in Burgerveen de plaatselijke bewoners in opstand tegen de komst van een windmolenpark (in deze voorstelling Wind van Toneelgroep Jan Vos).
(meer…)
Mansholt is meer dan het verhaal van één man. Het geeft een tijdsbeeld van begin jaren ’70 waarin de betekenis van het woord modern ingeruild wordt. Modern stond steeds minder voor rationaliteit, schaalvergroting en industrialisering en steeds vaker voor vrijheid, gevoel en het vragen stellen bij economische groei. Het is deze verandering waarvoor Europees landbouwcommissaris Sicco Mansholt vlak voor zijn pensioen kiest en waar de mensen uit zijn omgeving ieder op hun manier mee omgaan.
Deze opzet van het stuk is veelbelovend. Het zijn thema’s die elk decennium weer in een andere gedaante opduiken. De uitwerking ervan stelt teleur. In regie van Jeroen van den Berg zien we een lange reeks scènes met zes acteurs van wie vier met dubbelrollen met daarin talloze korte ontmoetingen. De thema’s zijn groot (echtscheiding, zelfmoord, opname in een inrichting, het omgooien van de hele Europese landbouwpolitiek), maar de impact op de kijker klein.
Helmert Woudenberg speelt een boom van een Mansholt die eerder door een hoge bloeddruk wordt geveld dan door zijn zachte kanten. Zijn vrouw, gespeeld door José Kuijpers, doet wat een bedrogen echtgenote het beste kan doen: kordaat en beheerst optreden. Trudi Klever ontroert als enige in haar rol van boerendochter met een apathische man. Vertwijfeld durft ze uiteindelijk te concluderen: ‘Boeren kunnen toch ook scheiden. Iedereen kan scheiden, dus boeren óók.’ Paul Hoes speelt het cliché van de klagende boer die zich niet wil aanpassen én de opportunistische ambtenaar die buiten schot wil blijven. Als rasacteur weet hij hoe zijn publiek moet bespelen. Zijn spel is koddig, grappig, maar zonder enige tragiek.
Het verhaal van Tjeerd Bischoff verweeft soms knap, soms onwaarschijnlijk de levens van de hoofdpersonen en eindigt voor de meesten van hen niet onverwacht in bezinning en bezonkenheid. Het leven als een pijp kaneel, waarvan ieder zijn deel krijgt. De landbouwproblematiek blijft te veel die van de jaren ’70. De andere problemen ook.
Het stuk wordt gespeeld op een boerderij in de Wieringermeerpolder. De openstaande schuurdeur geeft zicht op eindeloze akkers bij een vallende avond. Het publiek zit op smalle houten banken zonder rugleuning en krijgt roze kussentjes uitgereikt. Die voorkomen niet dat knieën andermans rug raken en dat af en toe voorzichtig moet worden verzit. Dat mag bij een goed stuk geen probleem zijn. Meer dan anderhalf uur Mansholt en consorten bleek een te lange zit.
Foto: Daphne van de Velde